Een dodelijke worsteling
Wanneer je mensen langer kent, ontstaan vaak andere gesprekken. Persoonlijke twijfels en levensvragen komen meer naar voren. Dat levert bijzondere momenten op.
Afgelopen week was er ook zo’n moment. Ergens op de overgang van werkdag naar avond had ik een arts aan de telefoon waarmee de gesprekken net zo makkelijk gaan over de mooie zaken van het leven als over de plekken waar het schuurt.
Later die avond realiseerde ik mij dat er veel wordt gesproken over de rol van de arts bij het levenseinde rondom palliatieve zorg en rond euthanasie. Dat was niet waar deze arts pijn in de buik van had. Daar ging het om een heel ander aspect. “Ik heb er nu wel even genoeg gehad. Ik kan er even niet meer tegen, denk ik.” was de inleiding bij een glas rode wijn aan beide kanten van de verbinding.
Die middag bleek voor de vierde keer in ruim anderhalf jaar iemand op het spreekuur te zijn geweest die zelfmoord overwoog. Iemand die het echt overwoog en al het praktische in stilte al had geregeld. Bij geen van deze vier mensen waren anderen op de hoogte geweest. Nog voor ik een tweede slok had kunnen nemen, werd duidelijk hoe zwaar die last drukte. De enige te zijn die in vertrouwen is genomen. Een boodschap die niet werd vergezeld van een impliciete of zelfs expliciete vraag om hulp. Eerder feitelijk en droog. Ik voelde de worsteling: wanneer doe je als arts en als mens in zo’n situatie het juiste? Het was voor deze arts ook een hele persoonlijke worsteling die de eerdere keren niet met anderen was gedeeld. Het was haast een soort wanhoop, een machteloosheid om iemand te behoeden voor iets dat alleen nog wachtte op een uitvoering. Zo veel uitzichtloosheid, zo veel ondoordringbare zwartheid. Deze arts voelde de energie bij zichzelf wegtrekken en reed met een lege accu naar huis. Het beeld nog scherp voor de geest van een man die wegliep over de gang en het eigen gevoel erbij ‘dit is de laatste keer dat ik jou zie’.
De eenzaamheid die die patiënt zo sterk had ervaren was op een andere manier voelbaar in deze dokter. De eenzaamheid van de eeuwigdurende twijfel en de vraag of je het verschil had kunnen maken op een moment dat iemand in onverbiddelijke zwartheid door je vingers glipt. Dit zijn van die momenten dat ik sterker dan anders voel dat iemand op de eerste plaats mens is en daarna pas dokter. Daar wordt het leven niet makkelijker van en ook niet altijd mooier.