Niet wat het lijkt

Rare mensen zijn die Britten. Bij de verkiezingen van afgelopen donderdag kreeg de Conservative Party van premier David Cameron net iets meer dan een derde van alle stemmen. Maar door de bizarre werking van het Britse kiesstelsel, was dit voldoende voor een absolute meerderheid van 331 van de 650 Lagerhuiszetels.

Een ‘overwinning’ dus die met geen mogelijkheid kan worden opgevat als een weerspiegeling van ‘de volkswil’. En evenmin dus als een kiezersuitspraak over het belangrijkste issue in de campagne.

Dat issue was, vonden de grote politieke partijen en de media eensgezind, de NHS. De National Health Service dus, het stelsel van staatsgerunde gezondheidszorg voor iedereen, direct gefinancierd uit belastinggeld zonder omweg via zorgverzekeraars. Die NHS wacht grote financiële problemen. Als niks drastisch gebeurt, dreigt tegen 2020 een jaarlijks tekort van 30 miljard pond. Veel debat dus over de NHS. Maar net als bij de verkiezingsuitslag zelf, was ook dit niet wat het leek.

Dit debat stond in het teken van één ‘dominant narratief’. Met als kern dat vooral twee dingen verhinderen dat de Britse burger de optimale gezondheidszorg krijgt waar die recht op heeft: bezuiniging en bureaucratie. En met vanzelf dus een simpele oplossing. Gewoon méér belastinggeld naar de NHS. En afschaffen van al die regeltjes en administratie, zodat de medische professionals weer gewoon hun wérk kunnen doen.

De dominantie van dit verhaal valt goed te verklaren. In het politieke debat wordt de toon meestal gezet door de grootste partij van de oppositie. In dit geval is dat de Labour Party. De partij dus, waarvoor pleiten voor méér overheidsuitgaven een allereerste natuur is. Voor linkse media geldt hetzelfde.

Maar ook rechtse Britse media creëren, op hun eigen manier, graag een sfeer van crisis rond de NHS. Bijna 70 jaar na de invoering door een Labourregering, geldt de NHS nog steeds als een ‘links project’. En dat is voor niet-linkse media reden om elke tekortkoming en elk incident buitenproportioneel op te blazen. Ook al blijkt uit elke enquête weer opnieuw dat de doorsnee burger juist heel tevreden is over het functioneren van de NHS.

Dan de zorgsector zelf. Die spreekt ook in het Verenigd Koninkrijk niet met één mond. Maar de meest spraakmakende belangenorganisaties en opinievormers voegen zich naadloos in dat narratief van ‘méér geld en minder bemoeienis’. En weten dit ook professioneel te communiceren, in alle stromingen van de Britse media.

Dat dingen in werkelijkheid complexer zijn, viel hier en daar óók wel te horen en te lezen. Dit vooral naarmate de verkiezingsdatum naderde, soms uit ergernis over en als reactie op de eenzijdigheid van dat dominante discours. Nog steeds in de marge van de spraakmakende krantenkoppen en soundbites, maar daarom inhoudelijk nog niet minder de moeite waard.

Zoals, bij de BBC en bij ‘denktank’ The King’s Fund, kritiek op het ongefundeerde gemak waarmee aantallen extra benodigde zorgprofessionals de wereld ingeroepen worden. Zoals, in The Independent, kritiek op de eenzijdige focus op curatieve zorg die in de toekomst nodig zou zijn, en op de bijbehorende desinteresse in meer inzetten op preventie. Zoals, bij de Britse editie van Wired, kritiek op pleidooien voor een duurdere en grotere NHS in plaats van voor een productievere NHS.

De misschien wel scherpste ‘dissidente’ beschouwing stond, en dat moet je ze daar nageven, op de website van de British Medical Journal. Die was geschreven door oud-hoofdredacteur Richard Smith, met als rode draad dat die kloof van 30 miljard pond per jaar alleen kan worden gedicht als de NHS ánders gaat werken. Efficiënter, productiever, selectiever, grootschaliger – allemaal dingen, onderkent ook Smith zelf, die in de zorgwereld op verzet zullen stuiten.

Maar dit laatste is juist de kern van de zaak. En is alwéér zo’n geval waarin iets niet is wat het lijkt. Want het ligt zo voor de hand: om te weten hoe het met iets verder moet, in dit geval dus met de NHS, ga je toch in de eerste plaats te rade bij de professionals die daar werken. Die weten het immers het beste – toch?

Nee. In elk geval niet per se, niet overal, niet altijd. Ook niet als het gaat om de gezondheidszorg. (En ook niet alléén in Groot-Brittannië.) “The NHS has to change radically if it is to survive”, schrijft Richard Smith. “All those who study the NHS know that. But I’m not sure that all those who work in the NHS know it.”

Delen