Persoonlijk contact

Afgelopen weekend moest ik ineens terugdenken aan de eerste huisarts waarmee ik intensief samenwerkte na mijn afstuderen. Hij zat kort voor zijn pensioen, de reumatische vergroeiingen aan zijn handen maakten het steeds lastiger injecties te kunnen plaatsen en voor een jong veulen als ik leek hij wel erg veel te leunen op zijn mensenkennis in plaats van de meest recente inzichten en onderzoeken te volgen.

In die eerste jaren heb ik mogen zien wat juist de waarde is van die mensenkennis. De kracht van het leggen van de vinger op de zere plek ook, wanneer dat nodig is. Deze huisarts was daarin een meester, zonder zich daarover ooit op de borst te kloppen. Voor hem leek het niet meer dan vanzelfsprekend om zo te werken.

Op het moment dat ik aan hem terugdacht, realiseerde ik me dat ik niet eens weet of hij nog leeft en of hij heeft kunnen genieten van het leven na zijn pensioen. Hij keek in ieder geval enorm uit naar het leven zonder de financiële last van zijn eigen praktijk.

Ook realiseerde ik me dat ik hem nooit heb verteld hoeveel ik van hem heb geleerd. Eigenlijk zou ik dat alsnog willen doen. Gewoon, met een kop koffie of een goed glas wijn erbij.

De vraag die mij na het afgelopen weekend niet loslaat is of we de kwaliteit van het persoonlijke contact niet aan het vergeten zijn. Wellicht ontkennen we die zelfs in alle procedures en richtlijnen zoals die steeds regelmatiger langs komen.

Die procedures en richtlijnen waren mijn houvast als net afgestudeerde zorgprofessional. Juist door deze bijzondere collega heb ik de mens leren zien achter de testuitslagen en de geformuleerde klachten. Dat een mens meer is dan dat. Veel meer.

Gooien we het kind niet met het badwater weg? Bewezen effectiviteit is prachtig, maar het zal altijd de kwaliteit van mensen zijn die de kwaliteit van zorg bepaalt.

Delen