Vlieg op de muur
De meest gestelde aan iemand die net terugkomt van het spreekuur bij de huisarts is”Wat zei de dokter?”
Ik weet zeker dat huisartsen dat moment weleens zouden willen gadeslaan, als een vlieg op de muur. Gewoon even horen wat er is overgebleven van alle goedbedoelde adviezen, van die overgedragen kennis die in jaren met bloed, zweet en tranen is verzameld.
Uit onderzoek is al veel langer bekend dat er maar 3 dingen blijven hangen bij de patiënt van wat u deze meegeeft. Dat is niet veel. Dan loopt u ook nog eens het risico dat de patiënt juist die zaken onthoudt die u alleen maar ter illustratie vertelde, terwijl de kern van de zaak reeds door het afvoerputje is verdwenen. De kans van vertekening van uw boodschap zou ik niet eens een risico willen noemen. Dat is eerder een gegeven. Een patiënt zal er altijd een eigen draai aan geven. Uw boodschap vervormt daarmee onverbiddelijk binnen het referentiekader, de vragen, angsten en onzekerheden van de patiënt.
Het is die vertaling waarop het handelen van de patiënt vervolgens zal zijn gebaseerd. Niet uw weloverwogen oordeel en advies. Zeker wanneer u het belangrijk vindt dat patiënten worden gestimuleerd in zelfredzaam handelen is dat een factor van belang.
Die vlieg op de muur kunt u niet zijn, hoe graag u dat misschien ook zou willen. U kunt de vlieg wel imiteren. Een voorbeeld van een vraag waarmee u dat kunt uitvoeren aan het eind van een consult is: “Wat gaat u hiervan nou zo meteen aan uw partner of aan de buurvrouw vertellen?” Het volstaat in mijn ogen niet om te controleren of uw patiënt nog vragen heeft. Daarop volgt in de regel het sociaal wenselijke ‘nee’. Het is maar de vraag of dat vervolgens ook juist is.