Wegtermee

De eerste column die ik ooit schreef, nu decennia geleden, verscheen in een tijdschrift dat al lang niet meer bestaat. De zelfbedachte kop boven die tekst was: ‘Boeken gooi ik altijd weg’.

Ik had toen nog, als beginner, de idee dat je een goeie columnist vóór alles herkent aan zo stevig mogelijke uitspraken, met zo veel mogelijk arrogantie opgeschreven. Intussen weet ik dat dit niet zo is, en dat je een goeie columnist, of goeie blogger, onder meer herkent aan nuance, redelijkheid en bescheidenheid. (En vooral in dat laatste blink ik tegenwoordig als geen ander uit.)

De leidraad in mijn betoog van toen, was dat mensen die al hun ooit gelezen boeken bewaren, en daar steeds meer wanden van hun woning mee te vullen, dit vooral doen uit ijdelheid. Zo van: kijk mij eens belezen en intellectueel zijn!

Dat was natuurlijk onzin, en veel te kort door de bocht. Ook bij ons zijn intussen door de jaren heen steeds meer boeken in huis verschenen en daar ook gebleven. En echt niet alleen om daarmee te imponeren ­– dus niet alleen in boekenkasten mooi uitgestald, maar ook in dozen en stellingen diep in de kelder. Maar intussen zijn dit er zo veel geworden, dat nu tóch onverbiddelijk het moment is gekomen om daar eens flink wat van weg te doen. Om zo weer wat meer fysieke leegte en ruimte te creëren – uncluttering heet dat tegenwoordig, en echt: dat kan een heel goed gevoel geven.

Verdienen boeken niet een bijzonder respect, als veel méér dan alleen fysieke objecten?

Maar wacht eens even: oude rommel wegdoen, daar kan niemand wat op tegen hebben. Maar boeken? Verdienen die niet een bijzonder respect, als veel méér dan alleen maar fysieke objecten? Want wat begint met boeken weggooien, wordt voor je het weet ook boeken verbranden – en waar dát toe kan leiden, weten we allemaal…

Aan de ene kant is dit een sentiment dat iedere boekenliefhebber kan delen. Maar aan de andere kant is het ook: zwaar overdreven. Want het ene boek is het andere niet; en lang niet alle boeken die je ooit in huis haalde, blijken ook bij nader inzien nog steeds góeie boeken. Natuurlijk zijn er boeken waar je altijd aan zult blijven hechten, en die je nooit van je leven meer de deur uit zult doen, zelfs als je weet dat je ze nooit meer zult herlezen, puur voor de bijzondere herinnering. Maar waarom ook krampachtig vasthouden aan de rest? Omdat ze, misschien, toch wat ‘waard’ zijn?

Het antwoord op die vraag blijkt: meestal niet. Boeken zijn geen ‘unica’, maar massaproducten. En zijn daardoor als afzonderlijk exemplaar veel minder schaars en zeldzaam dan je soms geneigd bent te denken. Het is wat dit betreft net als bij oude langspeelplaten, en vooral de hoezen daarvan. Door de jaren heen is de mythe gegroeid dat je daarvoor best veel geld kunt krijgen, maar in de praktijk blijkt dit dus: een mythe. Wat ook helemaal niet gek is, bij iets waarvan er ooit miljoenen over de toonbank zijn gegaan en die voor een groot deel nog steeds in miljoenen huizen bewaard zijn.

Natuurlijk: het kán wel, je oude boeken tweedehands verkopen, bijvoorbeeld door zelf een winkeltje te openen bij Bol.com. Maar de praktijk leert dat dit in veel gevallen, en voor de meeste soorten boeken, maar weinig tot bijna niks oplevert. Vanwege de commissie die Bol zelf vraagt, en door de kosten van verzending en verpakking. En door de lage verkoopprijzen als zodanig, ook voor bijvoorbeeld Nederlandse bellettrie in mooie edities uit de jaren zestig en zeventig. Natuurlijk zijn er nog andere goede redenen om dan toch zoiets aan te bieden en te verkopen. Recycling is altijd een goeie zaak. En iemand anders ergens blij mee maken, zeker een lezer en liefhebber van boeken is, moet je vooral nooit nalaten.

Boeken zijn geen ‘unica’, maar massaproducten

Maar dan nog: van veel boeken is er zo veel tweedehands aanbod, en tegen zo’n lage prijs, dat verdere moeite beter bespaard kan blijven. En dan resteren nog maar twee opties. De eerste is: weggeven. Er komen steeds meer uitstallingen in de openbare ruimte waar mensen hun oude boeken kunnen achterlaten, die iedereen dan gewoon gratis mee kan nemen. Ik zag er laatst een op Utrecht Centraal, maar ook verderop bij mij in de straat is intussen zo’n voorziening ingericht.

Punt is alleen: de laatste keer dat ik daar met een achterbak vol boeken naartoe reed, kon ik niet meer dan een deel daarvan kwijt. Want alles was al bijna vol, met boeken en boeken en nog eens boeken. En dan is er nog maar één laatste oplossing, en dat is: doorrijden naar de vuilstort van de gemeente. Eén van de grote containerbakken die daar staan, is speciaal bedoeld voor ‘papier’. Dus even flink zijn, en de allerlaatste aarzeling en psychologische drempel overwinnen, en manmoedig die dozen daarin leeggekieperd. Bovenop een heleboel boeken.

Delen