De sleutelfactor

‘Kartell der Ärzte’, was de kop boven een artikel dat ik op doorreis in Duitsland toevallig tegenkwam in kwaliteitskrant Welt am Sonntag (zie mijn blog van vorige week). De inleidende tekst bij dit lange, diepgravende achtergrondverhaal ging als volgt: “Ein kleiner Club von Funktionären bestimmt, wie gut die Deutschen mit Ärzten versorgt sind. Doch die Kassenärztlicher Vereinigungen handeln selten im Interesse der Patienten.”

Een vrolijk stemmend verhaal was dit niet. Kort gezegd legt de auteur, omschreven als ‘Reporterin Investigativteam’, uit dat de regionaal georganiseerde beroepsverenigingen van Duitse artsen met ijzeren greep het zorgaanbod reguleren. Waarbij het belang van individuele patiënten, ook als die (veel te) grote afstanden moeten reizen om een bepaald soort specialist te zien, geen gewicht in de schaal legt. Waarbij zorginstellingen die buiten dat ‘dokterskartel’ om toch proberen om op lokaal niveau het aanbod ambulant te verruimen, spijkerhard worden tegengewerkt. En waarbij sommige bestuurders van die artsenorganisaties zich ook nog eens onbeschaamd persoonlijk verrijken.

Het artikel staat ook op de website van Die Welt, dus u kunt het zelf rustig nalezen. Maar wat ik verder een interessante vraag vind, los van de specifieke inhoud van ‘Kartell der Ärzte’, is wat nou meer in het algemeen bezien de waarde en de impact is van dit soort ‘grote’ journalistieke statements. En dan beland je eigenlijk meteen temidden van mist, rook en vrijblijvendheid.

Mist, omdat na lezing van dit lange, doorwrochte artikel meer (nieuwe) vragen open blijven staan dan in de tekst zelf worden beantwoord. Dit komt door de specifieke aard van het onderwerp, dat misschien wel té complex is om in een (weekend)krant goed te kunnen worden behandeld. Niet omdat de waarheid in dit soort gevallen altijd in of nabij het midden ligt – de indruk die je als onbevangen lezer overhoudt, is dat deze auteur echt een case heeft. Maar tegelijk zie je ook de gaten in haar verhaal. En komen ook vertegenwoordigers van de beschreven artsenorganisaties zelf wel aan het woord, maar zonder dat dit veel verheldering oplevert. Want juist die enorme complexheid van institutionele arrangementen in de gezondheidszorg, biedt bijna onbeperkt veel mogelijkheden voor het optrekken van effectieve rookgordijnen.

Dus mist en rook, maar ook: vrijblijvendheid. In de zin van: zonder verder impact. Ook dit is een soort van constante bij dit soort publicaties, zeker als het gaat om de gezondheidszorg en lang niet alleen in Duitsland: de kracht en weerbarstigheid van die institutionele arrangementen, waarop zelfs de meest uitgebreide en onderbouwde media-aandacht afketst als op teflon.

Over de macht van het geschreven woord, en van een scherpe of gouden pen, leven de nodige mythes. Maar wie eens nagaat wanneer door toedoen van media en journalistiek nou (‘grote’) dingen écht zijn veranderd, komt uit op een ontnuchterend korte lijst. Het Watergate-schandaal natuurlijk, met ‘Woodward & Bernstein’. Maar dat is alweer veertig jaar geleden, net als – wie kent ze nog? – de ‘Pentagon Papers’. En dan natuurlijk de Snowden-onthullingen, wél heel recent, en met intussen aantoonbare impact op (het Amerikaanse) regeringsbeleid. Maar verder?

Gelukkig is dit niet het hele verhaal. Want dingen veranderen natuurlijk wel degelijk – maar als gevolg van ándere factoren. Ook gevestigde economische en professionele machtsverhoudingen zijn onderhevig aan één extern-sturende kracht die wel degelijk kan veranderen, en zelfs ‘ontwrichten’, en dat is: technologie. Kijk alleen maar naar de media zelf, waar de opmars van het internet een enorme bres heeft geslagen in lucratieve ‘verdienmodellen’ die tot voor een jaar of vijftien als eeuwigdurend golden.

Sleutelvariabele is hierbij de hoeveelheid, en de regulering, van het aanbod. Zodra nieuwe technologieën het mogelijk maken om een bepaald aanbod te gaan leveren via nieuwe kanalen, tegen een gunstiger prijs/kwaliteitverhouding, meer toegesneden op individuele wensen en behoeften, met veel meer transparantie van kwaliteit, dan storten klassieke bolwerken verrassend weerloos ineen.

Of dit in de gezondheidszorg ook staat te gebeuren, moeten we nog maar even afwachten. Uiteindelijk vast wel, maar wanneer precies: te vroeg om nu te zeggen. Maar dit staat ook nu al vast: áls het ooit komt tot een wezenlijke verandering in de organisatie van het aanbod van gezondheidszorg, dat komt de trigger hiertoe niet vanuit de media, niet vanuit de openbare meningsvorming, en ook niet vanuit de politiek. Maar wordt die gedreven door (nieuwe) technologie.

Delen