De kracht van nee zeggen
De geplande bouw van vier nieuwe kankercentra dreigt niet door te gaan nu zorgverzekeraars vooralsnog weigeren om behandelingen te vergoeden, zo berichtte de Volkskrant maandag. Minister Schippers van VWS zou een aantal academische ziekenhuizen een vergunning willen verstrekken om protonentherapie, een nieuwe vorm van bestraling, aan te gaan bieden. Aan de nieuw te bouwen kankercentra hangt een prijskaartje van een slordige 350 miljoen euro.
Op zijn minst opmerkelijk is dat de bouwplannen en financieringsaanvragen van de kankercentra al in zo’n vergevorderd stadium zijn, terwijl de zorgverzekeraars – geen onbelangrijke partij – hun handtekening nog niet eens hebben gezet. Er is noch onder zorgverzekeraars, noch onder artsen een eensluidend oordeel dat de protonentherapie effectief is. Naar aanleiding van een publicatie in de Journal of the National Cancer Institute besloten enkele grote Amerikaanse zorgverzekeraars afgelopen maand de vergoeding te schrappen voor de protonenbehandeling van patiënten met prostaatkanker. De nieuwe bestralingsvorm zou op lange termijn niet beter werken dan andere bestralingsvormen, terwijl de kosten wel dubbel zo hoog zijn.
350 miljoen euro investeren in een nieuwe behandelingsvorm die ter discussie staat, is dan ook een risicovolle aangelegenheid. Zeker – cliché maar waar – in een tijd waarin op alle fronten de broekriem moet worden aangehaald. De terughoudendheid onder zorgverzekeraars is dan ook verklaarbaar. Waarom meteen megalomaan vier nieuwe centra uit de grond te stampen? Waarom niet klein beginnen en bij gebleken succes het aantal kankercentra verder uitbreiden? Een dergelijke aanpak is veel minder risicovol en sluit bovendien veel natuurlijker aan op de trend van kleinschaligheid die overal in de samenleving steeds vaker zichtbaar is.
Dat zorgverzekeraars met argumenten stelling nemen tegen de komst van de vier kankercentra valt dus te prijzen. Zorgverzekeraars zijn weliswaar geen democratisch gekozen organen, maar handelen wél met de door alle Nederlanders gezamenlijk afgedragen euro’s. De verantwoordelijkheid die hiermee gepaard gaat, brengt met zich mee dat niet ieder nieuw initiatief op het enthousiasme van de zorgverzekeraar hoeft te rekenen. Dat is niets anders dan de kracht van nee zeggen. Mits goed onderbouwd is daar niks mis mee.
2 reacties
350 miljoen stelt niet echt veel voor als je goed de kosten batenanalyse uitvoert. Wordt een radiotherapiecentrum bijvoorbeeld op termijn hierdoor gesloten ed? Die lees ik hier niet.
Zeker als je dan nog bedenkt hoeveel geld implementatie dbc/dot e.a. overheidscapriolen zoals het lsp aan miljarden hebben gekost..
De Mayo Clinics gaat er wél mee aan de slag. Waarom zou dat zijn?Overigens: Hoe simpel kun je het hebben als zorgverzekeraar hebben: je koopt dat in wat je nodig hebt?
G K Mitrasing
8 oktober 2013 / 18:43De verzekeraars worden geacht met elkaar te concurreren om de gunst van de verplicht verzekerden die met hun voeten mogen stemmen en wel 1x per jaar binnen een bepaalde termijn.
Verzekeraars moeten zich dan ook houden aan mededingingsregels en mogen dan ook niet samenspannen om een zorgaanbieder uit de markt te prijzen door in gezamenlijkheid geen zorg in te kopen bij die partij. Er dient een aanbesteding plaats te vinden en wel door de verzekeraars afzonderlijk.
Zo is het geregeld bij de ziekenhuizen, zo is het geregeld in de farmacie; preferentiebeleid mag niet door alle verzekeraars in gezamenlijkheid worden bepaald, zegt de Rechter! Het is immers een markt en verzekeraars mogen niet als een kartel optreden.
Het is de Overheid die de kaders vaststelt en het zijn de verzekeraars die de regie in de zorg voeren, aan de hand van de Grote Regisseur in Den Haag, Baas BovenBaas, maar wel volgens de regels van het spel: ‘gereguleerde marktwerking”.
Op welke gronden gaan de verzekeraars 1 van de 4 te openen Protoncentra selecteren? Welke prijs mag dat centrum berekenen? Een door de vier verzekeraars gezamenlijke opgelegde prijs? Wat is kenmerk van een kartel? En wat gaat die prijs doen na het eerste jaar? Stijgen of dalen? En het volume? En gaan de 3 gesloten centra dan weer open? Of gaat er een ander open en de huidige geopende dicht? Expertise verhuist mee? Krijgen we een caroussel a la openbaar busvervoer? Wanneer gaan we neen zeggen en tegen welke partij?
En zijn kartels goed voor een economie? Wat was er ook weer tegen kartels? Maken kartels winst of verlies? En hoe komt het dan kartels nooit verlies maken? En stijgen of dalen de kosten bij kartels? En waarom stijgen de kosten van de zorg exponentieel sinds 2006? En is de kwaliteit toegenomen?
Inderdaad, de kracht van het nee zeggen, maar dan wel tegen de juiste partijen.
anh jansen
8 oktober 2013 / 22:53