Klaar mee

Het allereerste artikel dat ik schreef in betaalde dienst, had als kop: Elektronisch patiëntendossier steeds dichterbij. Het stuk verscheen op 25 oktober 2007 in Mednet en de titel kon niet slechter gekozen zijn, blijkt nu.

Sceptisch

De eerste alinea is gelukkig sceptisch van toon: “Nu de invoering van het elektronisch patiëntendossier zich in de tweede (pilot) fase bevindt, rept de minister in zijn voortgangsrapportage van begin september al van het glorieuze ‘go/tenzij-moment’. Dat is het moment waarop Klink de derde fase, de ‘landelijke uitrol’ van het elektronisch patiëntendossier kan aankondigen.”

Voortgang

Uit het artikel blijkt dat VWS destijds dacht dat landelijke uitrol al in 2008 mogelijk was, ‘zodat artsen in de eerste lijn in 2009 landelijk hun gegevens kunnen uitwisselen, zonder dat daar één postzegel aan te pas komt.’

Privacy

Over privacy geen woord. Slechts twee ‘obstakels’ waren er nog zo blijkt uit het stuk: het omzetten van patiëntgegevens naar de ADEMD-norm wat per praktijk 800 uur zou kosten en het gebruik van het burgerservicenummer.

Geen vertrouwen

Ik ben heel erg voor het uitwisselen van gegevens in de zorg als dat medicatiefouten tegengaat, leidt tot een hogere (ervaren) kwaliteit van zorg en mogelijk zelf tot efficiëntere processen. Maar zo onderhand ben ik behoorlijk klaar met het EPD en LSP. Zelfs al werkte het systeem geweldig, geen enkele burger heeft er nog vertrouwen in. Dat is niet meer te herstellen. Hopelijk gooit de LHV-ledenraad vanavond de kont tegen de krib. Het is tijd voor wat anders. De vraag is natuurlijk: voor wat?

Samenwerkingsgolf

Het antwoord is verrassend simpel. Gezien de samenwerkingsgolf in het zorglandschap zijn er straks nog maar enkele zorgorganisaties over. Geleidelijk zullen zij intern het gebruik van één informatiesysteem afdwingen en dan zijn alle problemen opgelost. Zo sluit ik deze blog toch nog optimistisch af.

Reacties welkom via @daanmarselis en daanmarselis@gmail.com

Delen