Laat de ruilhandel beginnen
Hoeveel van de tien dingen die je dagelijks doet, zijn zaken waar je ooit voor begon? Waar ga je helemaal van aanstaan en kom je van in de flow? Ben je goed in en kun je jezelf de hele dag in verliezen?
Het maakt niet uit of ik deze vraag stel aan een zaal vol ondernemers, artsen, geneeskundestudenten, verpleegkundigen of bestuurders. De meerderheid zit onder de vijf uit tien. Minder dan de helft van wat ze doen op een dag heeft te maken met de redenen waarom ze er ooit mee begonnen.
Als arts was mijn score niet veel beter. Met een magere 3/10 was de balans ver te zoeken. Gesprekken uittypen, brieven schrijven en andere administratieve taken haalden een groot deel van het werkgeluk weg.
Op dit moment van mijn talk kijkt iedereen in de zaal vaak verbaasd om zich heen, zich realiserend dat we allemaal op een dikke onvoldoende staan. Ik vertel dan dat ik inmiddels op een 9/10 zit. Vaak zelfs een 10/10. Want als ondernemer kan ik bijna alles uitbesteden waar ik níet blij van word. De ondernemers in de zaal komen dan in actie en beseffen dat hun angst voor delegeren de veroorzaker is van de onvoldoende die ze zichzelf geven. Gelukkig valt hieraan te werken: beginnen met een kleine taak delegeren is stap één. En dan stap voor stap naar de 10/10.
‘Beginnen met een kleine taak delegeren is stap één’
Voor zorgverleners ligt dit even anders. Als ondernemende arts kon ik niet even een vacature op social media knallen voor iemand die het typewerk van me kon overnemen.
Maar waarom eigenlijk niet? Zou het niet onderdeel van de oplossing voor het tekort aan anios kunnen zijn dat we met elkaar meer zouden durven uitspreken van welke taken we wel en niet blij worden? Zelf durfde ik dat in ieder geval niet. Daarvoor was ik te perfectionistisch en vond ik dat ik overal goed in moest zijn.
Maar als je team divers genoeg is, hoeft dat helemaal niet. Dat waar de een niet blij van wordt, kan de lievelingstaak zijn van de ander en andersom. De een prikt en de ander praat liever. De een prefereert schrijven en de ander bellen. Als we vaker hardop aan elkaar toegeven waar we wel en niet goed in zijn, kan de ruilhandel beginnen. In een divers genoeg team zul je merken dat ogen kunnen gaan twinkelen bij taken die jij het liefst per direct zou stoppen. Het lost niet alles op, maar brengt ons misschien wel een stukje dichter bij de 10/10.
Om dit te faciliteren voer ik elke drie maanden met mijn team een groeigesprek. Hierin vraag ik ze van welke taken ze nog blij worden en van welke niet. Zonder waardeoordeel luister ik, met extra aandacht bij die taken waar hun ogen van gaan twinkelen. We stellen samen een wishlist op van taken die ze liever kwijt zijn.
Het leuke is dat ik zoveel verschillende mensen in mijn team heb. Dat meer dan eens hetgeen wat op de wishlist van de een staat, als lievelingstaak van de ander wordt benoemd. Zo gaf een van mijn managers aan dat vergaderingen voorzitten voor haar een grote bron van stress was. Uit onverwachte hoek kwam bij een groeigesprek met een ander teamlid de wens naar voren om zich verder als leider te ontwikkelen. Ik vroeg haar of ze wellicht wilde oefenen met voorzitten? Dat leek haar geweldig leerzaam. Deze ruil maakt dat twee teamleden inmiddels al een jaar een stuk blijer naar hun werk komen. En dit is nog maar een tipje van de ijsberg van alle matches made in heaven die we over de jaren hebben gevonden.
‘Dat waar de een niet blij van wordt, kan de lievelingstaak zijn van de ander en andersom’
Een ander voorbeeld van hoe we de ruilhandel toepassen is bij het vertrek van een collega. Vroeger was het mijn reflex om direct een vacature online te zetten als een teamlid besloot te stoppen. Inmiddels doen we dat niet meer. We gaan eerst met het team zitten en gooien dan alle taken op een hoop. Nadat de meeste taken herverdeeld zijn, vormen we een lijst van de taken waar niemand in het team blij van wordt. Daarmee vormen we een nieuwe vacature. Zo wordt het vertrek van een collega gelijk een grote opschoonbeurt van het takenpakket van het hele team.
Nu is dergelijke ruilhandel niet op elke taak in de zorg toepasbaar. Maar we kunnen hier wel wat van leren. Wat als we voortaan als we samen aan een project of dienst beginnen even aan elkaar vragen waar de ander blij van wordt? En waarvan vooral niet? Wie weet komen we dan in ieder geval iets vaker bij een voldoende uit.
En wat betreft het schrijfwerk uitbesteden, zoals ik tijdens mijn werk als arts graag had gewild? Dat kan inmiddels al lang. Initiatieven zoals Het Scribe Collectief zetten geneeskundestudenten in om naast de specialist te zitten en de administratie over te nemen. Het schrijven van brieven of het voorbereiden van poli’s, desgewenst het afhandelen van DBC’s. Leerzaam voor de student, bevrijdend voor de arts en ook nog goedkoper voor het ziekenhuis. Een win-win-winsituatie. Maar helaas nog niet in elke spreekkamer de norm.
Laten we de ruilhandel beginnen. Welke taak bied jij aan en waar kan jij juist mee helpen? Wie weet is de oplossing dichterbij dan je denkt.