Om een boodschap gestuurd

Hóe minister-president Schoof het regelt maakt Geert Wilders niet uit, áls hij er maar voor zorgt dat de locatie Heerlen van het ziekenhuis Zuyderland behouden blijft.

“Ik wil een lans breken voor de streekziekenhuizen in het algemeen en het Zuyderlandziekenhuis Heerlen in het bijzonder”, zei Wilders gisteren in het Kamerdebat. Waarmee hij impliciet toegeeft dat het debat over de toekomst van de ziekenhuiszorg in de eerste plaats betrekking moet hebben op de provincie waar hij zelf vandaan komt. Dat is op zijn minst curieus te noemen, het is next level populisme. Maar het valt toch nog behoorlijk in het niet vergeleken bij hoe bijzonder het is dat hij de minister-president de opdracht geeft om – samen met VWS-minister Fleur Agema – een ziekenhuis te gaan redden.

De minister-president is geen redder in nood voor ziekenhuizen waarin functies worden afgeschaald

Natuurlijk beroept Wilders zich op het gegeven dat in de zorgparagraaf van het hoofdlijnenakkoord het streven is vastgelegd dat streekziekenhuizen behouden moeten blijven. Maar deze oproep tot een zeer rechtstreekse bemoeienis van hogerhand is ongekend. Het is de rol van de minister-president om op te treden als voorzitter van de ministerraad. Niet als redder in nood voor ziekenhuizen waarin functies worden afgeschaald. Dat is ten slotte geen Chefsache.

Als Schoof verstandig is, bedankt hij voor de eer. Of vraagt hij op zijn minst aan Wilders hoe groot de zak geld is die hij mee mag nemen op zijn reis naar het Zuiden, en waar hij het personeel vandaan moet halen.

Delen