Catch 22
Door de arbeidskrapte komt de uitvoering van publieke taken in de knel, stelt de Sociaal-Economische Raad in haar rapport Waardevol werk: publieke dienstverlening onder druk. Voor wie ook maar een heel klein beetje het nieuws volgt volstrekt geen verrassing. De nieuwsberichten over problemen in zorg, onderwijs, kinderopvang, defensie en politie, rechterlijke macht, openbaar bestuur en uitvoeringsorganisaties zoals het UWV en de Belastingdienst kennen we allemaal.
Interessant is de beschrijving van de onderscheidende oorzaken van de tekorten ten opzichte van de krapte in andere sectoren. In de zorg werken verhoudingsgewijs meer mensen in deeltijd, bovendien is de gemiddelde leeftijd hoger. Het werk is betekenisvol, maar de ervaren autonomie is minder groot en de werkdruk hoog. Organisaties hebben te maken met publieke besluitvorming. En: het gaat om publieke middelen, dus er is een grotere nadruk op externe verantwoording.
Dat de ervaren autonomie in de zorg minder is, is begrijpelijk. De zorg is bij uitstek teamwerk, waarin professionals afhankelijk zijn van elkaars expertise. (De vraag is of de mate van autonomie in andere sectoren echt zoveel groter is.) De externe verantwoording is ook een factor. Die kan wellicht meer lean maar zal niet verdwijnen.
Hoe uitvoerbaar en voldoende zijn de oplossingen en aanbevelingen die de SER noemt?
Belangrijk uitvloeisel van de publieke besluitvorming is de overheidsinzet op uitgavenbeperking, leidend tot werkdruk en uitval. Ook dat zal niet veranderen zolang het niet lukt de zorgkosten structureel in de hand te houden. Het Integraal Zorgakkoord en het Gezond en actief leven akkoord zijn hier wel op gericht. Maar als ze al effectief blijken te zijn, gaat dit in ieder geval jaren duren.
Dit betekent niet dat de oplossingen en aanbevelingen die de SER noemt (pagina’s acht en negen van het rapport) krachteloos zijn. Maar de vraag is wel of ze uitvoerbaar en voldoende zullen zijn.