Creatieve destructie
Vraag aan mensen wat ze precies doen in hun werk en op gezette tijden krijg je na enig gedraai het antwoord: “Eigenlijk zit ik mezelf dus overbodig te maken.” Meestal wordt dit dan gevolgd door: “Maar ik neem er mijn tijd voor hoor.” Altijd goed voor een lach.
De kno-artsen van het Flevoziekenhuis maken hier geen grapjes over, zij zijn er heel serieus in. Ze leggen zich toe op gepaste zorg en daarom knippen ze minder amandelen en plaatsen ze minder trommelvliesbuisjes dan gemiddeld in ons land op kno-afdelingen gebeurt. En ze scholen huisartsen, zodat die minder hoeven door te verwijzen. Het logische gevolg is dat ze zichzelf overbodig maken. Een klein beetje toch: één van de kno-artsen is al vertrokken en wordt niet vervangen. Hiermee geven ze gehoor aan de opdracht van het ziekenhuisbestuur: breng de productie in lijn met de formatie of de formatie in lijn met de productie.
In het artikel dat Zorgvisie over dit onderwerp schrijft vraagt NVZ-bestuurslid John Taks zich af: “Welk ziekenhuis gaat vrijwillig over tot zelfdestructie?” Dit is de verkeerde vraag, want met het stellen hiervan gaat Taks uit van het belang van het ziekenhuis zelf. Een ziekenhuis bestaat niet om zijn eigen continuïteit te waarborgen, maar om de zorg te leveren die patiënten nodig hebben. Daalt de behoefte aan zorg binnen een bepaalde discipline – door nieuwe kwaliteitsinzichten of de ontwikkeling van alternatieven – dan mag omzetbehoud van die discipline geen doelstelling zijn. Dan gaat het er dus niet om de productie in lijn te brengen met de formatie, maar de formatie in lijn te brengen met de productie. Het is de enige logische beslissing.
3 reacties
Inderdaad.
Met dien verstande dat de kosten wel op de juiste plek verminderd moeten worden. De focus van de artsen is om het aandeel invasieve zorg terug te dringen, in ruil voor meer aandacht voor de patiënt tijdens consulten. Dat doet vermoeden dat de kostenbeperkingen zich vooral bij de OK, dagverpleging en mogelijk ook centrale overhead behoren af te spelen en niet (of in ieder geval in mindere mate) bij de medisch specialisten zelf.
De ook gehoorde suggestie dat de financiële dekking gewoon moet blijven omdat het uitkomstgestuurde zorg zou zijn, is onzin. Er worden minder prestaties geleverd in het ziekenhuis (medisch gezien kennelijk een positieve ontwikkeling) en dat behoort natuurlijk tot minder opbrengsten te leiden.
Ivo Knotnerus
30 januari 2015 / 10:37John Taks snapt beter hoe de financiering van de ziekenhuiszorg in elkaar steekt dan FvW. Er is geen sprake van Creatieve Destructie zoals Joseph Schumpeter dat bedoelde.
Gereguleerde Destructie beschrijft de Nederlandse zorg beter.
Een ziekenhuis verschilt in niets van een verzekeraar voor wat betreft bestaansreden; het is een organisatie van mensen die geld willen verdienen met het aanbieden van diensten en/óf goederen binnen een kapitalistisch systeemmodel. De zorgmarkt is voor hen beiden een verdienmodel. Verzekeraars hebben het Frame verzonnen dat er geen zorg mogelijk is zonder verzekeraars.
Vandaar dat ziekenhuizen en andere organisaties strijden voor hun bestaansrecht en proberen hun continuïteit te waarborgen. Het is aanpassen of vergaan. Toename van welvaart is daarbij het streven en een vereiste voor de continuïteit van het kapitalistisch systeemmodel. De uitspraak van John Taks is dan ook volstrekt normaal voor iedereen die begrijpt in wat voor kapitalistische wereld wij leven. En daarom werkt een ziekenhuis niet mee aan de eigen destructie.
Verzekeraars doen niet anders en claimen daarom ook dat er geen zorg kan bestaan zonder verzekeraars. Dat is hun Frame. En daarom stijgen ook de laatste jaren de kosten van de verzekeraars weer. De zorg is immers het verdienmodel van de verzekeraars. De economische prikkel werkt. Die economische prikkel werkt ook voor de Overheid zelf. Ook dat is een orgaan bestaande uit mensen die gezamenlijk proberen zoveel mogelijk te verdienen met zo min mogelijk inspanning. 1 op 9 ambtenaren is dan ook inmiddels directeur met een directeurensalaris. Titel inflatie met gevolgen voor de langere termijn.
Binnen het kapitalistisch systeem werkt de economische prikkel altijd.
Een ziekenhuis zit echter wel met een probleem; hoe zich aan te passen in een wereld die zeer strak is gereguleerd en dichtgetimmerd? Kan een zeer goed presterend ziekenhuis meer omzet realiseren dan vooraf is toegestaan? Neen. Kan een ziekenhuis tijdens het lopend jaar wisselen van productie? Neen. Andere diensten aanbieden? Proton therapeutisch centrum worden van Nederland? Neen, neen, neen.
Vooraf wordt per segment bepaald hoeveel ‘zorg’ wordt ingekocht en tegen welke codes deze kan worden gedeclareerd. Tijdens de rit kan niet worden gewisseld van segment of van code. Zeer strakke regulatie dus. Innovatie wordt in Nederland op bureaucratisch wijze afgestempeld en goedgekeurd en niet door de markt.
Creatieve Destructie zoals Joseph Schumpeter dat zag kan alleen bestaan in een kapitalistisch systeemmodel met een Overheid die zich beperkt tot bescherming van de rechten van de burger. In Nederland is het macrobeslag van de Overheid op de economie 60,3%. Dat laat zien dat de Overheid te ver is doorgeschoten in haar eigen financieel belang. Dan kan er in de ogen van Joseph Schumpeter alleen sprake zijn van destructie. De welvaart in Nederland is dan ook aan het afnemen!
Joseph Schumpeter draait zich om in zijn graf als hij zijn term Creatieve Destructie op deze manier ziet worden misbruikt.
Er is immers geen sprake van toename van welvaart!
Laten we afspreken dat wij in Nederland voortaan spreken van Gereguleerde Destructie.
ANH Jansen
31 januari 2015 / 13:57Het is geen aanpassen of vergaan maar aanpassen voor je voortbestaan. Maar dat lijkt John Taks zich nog onvoldoende te realiseren.
Frank van Wijck
31 januari 2015 / 14:39