Crisiscommunicatie
Het is geen goed teken als je als ziekenhuis twee keer kort achter elkaar een persbericht uitstuurt over hetzelfde onderwerp, zeker niet als dit in een crisissituatie gebeurt. Bij de ontvanger leidt dit tot twee reacties: 1) doe het dan meteen goed en 2) er zal dus écht wel wat aan de hand zijn. Juist dit laatste is een reactie die het Slotervaartziekenhuis – want daarover heb ik het – koste wat het kost zal willen vermijden.
In het eerste persbericht – woensdagmiddag tegen drieën – was de belangrijkste boodschap van het ziekenhuis dat de heroïneproductie waarover zo veel ophef was ontstaan het belang van de maatschappij diende. Op de vraag wat de rol en betekenis van apotheker Jos Beijnen in dit verhaal is, wordt (hoewel hij in de berichtgeving in NRC Handelsblad expliciet wordt genoemd) niet ingegaan. Zijn naam komt niet in het persbericht voor.
Het tweede persbericht belandde woensdag precies om middernacht in mijn mailbox. Het vraagt aandacht voor het feit dat het Slotervaartziekenhuis sinds 2013 een andere eigenaar heeft en dat dit heeft geleid tot ‘een aantal veranderingen die relevant zijn voor dit dossier.’ Het gaat dan om de nieuwe afspraken die met het ministerie van VWS zijn gemaakt en om de nieuwe eigendomsverhoudingen binnen de bv Di-AcetylM, de bv waarin de heroïneproductie is ondergebracht. Het persbericht stelt dat deze zaken in de mediaberichtgeving onderbelicht zijn gebleven, hoewel ze in die media toch wel degelijk zijn belicht.
In dit bericht lezen we dat Beijnen sinds februari 2014 geen deel meer uitmaakt van de ziekenhuisdirectie. Een bericht dat nog steeds vragen omtrent zijn rol onbeantwoord laat. Dit wekt bij de lezer de indruk dat ook dit tweede persbericht niet het laatste zal zijn dat het ziekenhuis wordt gedwongen te versturen over deze zaak.
Crisiscommunicatie is een vak.