Dat wordt niets meer
Anderhalf jaar geleden interviewde ik voor het laatst Hans van Holten en Theo Wiggers, het tweetal dat voor Nederland de belangen behartigde van Hansa Clinics. Voor wie die naam niets meer zegt even een korte opfrisser: Hansa Clinics had plannen om – eerst in Amsterdam Noord en later in Boxmeer – het eerste commerciële oncologische centrum in ons land te openen. De gevestigde oncologische orde reageerde verontrust. En hoewel ze in haar communicatie benadrukte dat dit initiatief in het nadeel van de patiënt zou zijn, was duidelijk dat ze eigenlijk vooral bang was voor omzet- en regieverlies.
Die angst lijkt ongegrond. Tijdens dat interview van eind 2009 kreeg ik te horen dat ‘alleen nog de financiering’ rondgemaakt hoefde te worden. Die moest nu dan toch wel rond zijn, dacht ik, dus greep ik de telefoon. Hans van Holten doet inmiddels via PUM Netherlands gezondheidsprojecten in Afrika en blijkt ‘nog slechts aan de zijlijn’ betrokken te zijn bij het Hansa-project. Of beter gezegd: af te wachten tot de financiering rond is. Dat is anderhalf jaar later nog steeds niet het geval? Van Holten houdt zich op de vlakte over de vraag of het er dan nog ooit van gaat komen. Maar feit is wel dat Hansa zichzelf behoorlijk op achterstand stelt. De ontwikkeling van de oncologische zorg in Nederland staat niet stil. De oncologische samenwerking tussen UMC St Radboud en Maasziekenhuis Pantein in Boxmeer heeft al gestalte gekregen. Wie zit dan nog te wachten op een nieuwe aanbieder in diezelfde gemeente?