De consequentie van samenwerking
De Raad voor Volksgezondheid & Samenleving concludeert dat domein overstijgende samenwerking binnen de kaders van de huidige zorgwetten ingewikkeld is. Dat is ook wel zo natuurlijk. In ieder artikel over samenwerkingsinitiatieven valt onverbiddelijk de kritiek dat komen tot duurzame financiering voor zo’n initiatief een bottleneck is.
De drie routes die de RVS benoemt om hierin verandering te brengen, zijn zeker interessant. Toch zegt RVS-lid Bas Leerink niet voor niets: “Wij hebben ook nog geen pasklare antwoorden.” Dat goed gedrag – het gezamenlijk belang boven het eigen belang stellen – beloond moet worden, is tot op zekere hoogte waar, maar het kan niet grenzeloos zijn. Leidt samenwerking voor een of meerdere partners tot omzetverlies, dan moet hiervoor een veilige landing worden geboden, maar moet tegelijkertijd ook de krimp worden gerealiseerd waartoe dat omzetverlies leidt. En dan moet dat dus ook financiële gevolgen hebben.
‘Samenwerken is geen doel, het heeft een doel’
Samenwerken is geen doel, het heeft een doel: de zorg efficiënter maken. Dit kan betekenen dat voor een of meerdere partijen hun rol kleiner wordt. Kijk maar naar Bernhoven. Een stelsel kan dat faciliteren, maar een ideaal stelsel bestaat niet. Onder de streep vergt het, los van welke stelselvorm dan ook, dat partijen bereid zijn om in de samenwerking ieder te bieden wat de zorg nodig heeft – en niet meer dan dat.