Disruptie
Al jarenlang zingt het woord disruptie rond in de zorg. KPMG haalt het nu in haar jongste rapport weer van stal, met de stelling dat ‘snelle radicale verandering’ nodig is om te voorkomen dat de zorg vastloopt.
Laat de zorg kansen liggen om te veranderen, stelt KPMG, dan zal ze worden ingehaald door nieuwkomers. Die zullen meer rekening houden met de wensen van patiënten en de zorgkwaliteit verhogen door gebruikmaking van data en technologie.
Hoe het zorgveld er dan kan gaan uitzien, is in de kern wat Daan Dohmen afgelopen december in zijn oratie – onder de noemer iDOC – beschreef bij het aanvaarden van zijn hoogleraarschap aan de Open Universiteit.
‘Angst voor vernieuwing is een menselijke trek’
Zulke vernieuwende ideeën zorgen voor wrevel bij de gevestigde partijen. Angst voor vernieuwing is een menselijke trek. Het kan ingegeven zijn door persoonlijke belangen, maar ook door een behoudend ‘we doen het toch al jaren zo’ als argument dat de huidige werkwijze de beste is.
Minister Ernst Kuipers stelt nu naar aanleiding van het rapport van KPMG dat zorgpartijen minder moeten kijken naar hun eigen belang en meer moeten samenwerken en moeten leren van elkaar. (Wie nu stelt dat samenwerken in het huidige stelsel niet mag, is af. Het stelsel laat zeker ruimte voor samenwerking, als die maar in het voordeel van de patiënt is.)
Kuipers zal heus ook in zijn tijd als medisch specialist en ziekenhuisbestuurder al wel hebben geweten hoe versnipperd het zorglandschap is. Maar dat hij nu als minister zegt dat daar een einde aan moet komen, kan toch geen kwaad. Nu afwachten hoe hij de disruptie gaat vormgeven die nodig is om dit te veranderen.
4 reacties
Interessant;
‘ Goede zorg en keuzevrijheid:
De behandelaar heeft geen
andere belang te dienen dan dat van de patiënt. Bij complexe zorg (multidisciplinaire zorg en co morbiditeit) moet er
een coördinerend behandelend arts zijn. Dit is in veel gevallen de huisarts, maar deze rol kan ook vervuld worden door
een specialist.’
‘ zij wordt het verdeelkantoor van premiegeld over
de regio’s die de zorg in onderlinge samenwerking plannen. Zij houdt toezicht op de toegankelijkheid van de zorg in de
regio, financieel verloop van de budgetten, en landelijk overzicht op innovatie en trends die waarneembaar zijn bij de
ontwikkeling van zorgbehoefte. ‘
‘ wordt verantwoordelijk voor de verdeling van premiegelden op basis van regionaal bepaalde
zorgbehoefte. Tegelijkertijd coördineert zij bovenregionale specialistische zorg. In een landelijk zorgplan wordt aangesloten bij de regionale zorgplannen waarbij de eerste toezicht houdt op voldoende beschikbaarheid van (zeer) gespecialiseerde zorg en de toegang daartoe. ‘
( Professor Dohmen vindt overigens:
“Het is in de zorg dweilen met de kraan open( ……..)
Waar zorgverleners ons kapitaal zouden moeten zijn, demotiveren we ze met regels en innoveren we veel te traag. Werkplezier én productiviteit moeten omhoog. Onze solidaire waarde om naar elkaar om te kijken verslapt. We moeten (weer) voor elkaar zorgen, verschillen omarmen en alleen behandelen als het zinvol is” )
‘ Wat kwaliteitsbeleid betreft, verandert er in institutioneel opzicht niets. Werken volgens de laatste stand van de
medische wetenschap, altijd met oog voor de wensen en mogelijkheden van de patiënt, in goede samenwerking met
collega’s van dezelfde en andere disciplines wordt verstevigd. De grotere verantwoordelijkheid die zorgverleners met
X krijgen, schept evenredig verplichtingen. ‘
‘ Vernieuwing
Vernieuwing en innovatie zijn cruciaal. De zorg ontwikkelt zich continue en de invoering van betere en/of vernieuwende
behandelmethoden, werkwijzen, geneesmiddelen e.d. wordt door het Nationaal ZorgFonds in samenwerking met
kennisinstituten gefaciliteerd. De kwaliteit van zorg zal en moet altijd kunnen verbeteren. Markante voorbeelden zijn de
organisatie van Buurtzorg en ParkinsonNet.
De ontwikkeling van anderhalve lijnszorg (kortere communicatielijnen tussen eerste en tweedelijn, betere
procesplanning) is een goed voorbeeld van wat een ‘systeeminnovatie’ kan worden genoemd.
Er worden (vanuit landelijke begrotingsmiddelen) structureel middelen beschikbaar gesteld aan universiteiten, hogescholen en kenniscentra voor innovatie-, kennisontwikkeling en kennisoverdracht. Experimenten zijn vast onderdeel van
ontwikkelprogramma’s om van theorie naar praktijk te komen’
Frank: ben je om?
Ik maak me zorgen; waarom propageer je ineens het NZF?
E.Kriek
30 januari 2023 / 21:44Maak je geen zorgen Edward. Pasen en pinksteren vallen nog steeds niet op één dag.
Frank van Wijck
30 januari 2023 / 22:46” Het is interessant wat Stappers hierbij zegt over concurrentie versus samenwerking: “Op het moment dat er veel meer versnippering is en misschien veel meer een concurrentiegevoel dan een samenwerkingsgevoel, zou ik dit type overeenkomst niet overal sluiten.” Terecht dat hij dit zegt, want in dat geval zou het inderdaad niet werken.”
” Regiobeelden vormen het uitgangspunt om geld uit de transformatiemiddelen te kunnen krijgen. En de overheidscommunicatie hierover is duidelijk: een regiobeeld maken doe je samen. Zonder gedeelde visie lukt dat niet.”
( zij wordt het verdeelkantoor van premiegeld over
de regio’s die de zorg in onderlinge samenwerking plannen. Zij houdt toezicht op de toegankelijkheid van de zorg in de
regio, financieel verloop van de budgetten, en landelijk overzicht op innovatie en trends die waarneembaar zijn bij de
ontwikkeling van zorgbehoefte. ‘ )
Nee toch?
Nachtmerries!
Van Wijck als pleitbezorger voor het NZF!
Ik hoop echt dat je mij, maar waarschijnlijk ook vele anderen, kunt helpen.
Ik bedoel, de wereld wordt wel erg ingewikkeld zo, Frank.
E.Kriek
31 januari 2023 / 21:19Al jaren woonachtig in Frankrijk en nog steeds nachtmerries over de Nederlandse zorg, ik gun het je oprecht niet. Zelf ken ik gelukkig een goede nachtrust. De toekomst van de zorg is regionaal, dat is niet iets waarvan ik wakker lig.
Frank van Wijck
31 januari 2023 / 22:15