Doekje voor het bloeden

Het is goed in de vele discussies die momenteel worden gevoerd over de zorg – in de aanloop naar de verkiezingen – ook even stil te staan bij de wondzorg. Verpleegkundig specialisten Patricia van Mierlo en Erik de Laat (UMC Nijmegen) stellen in hun rapport Verkenning wondbehandeling in Nederland dat de behandeling van complexe wonden op veel onderdelen beter kan. De behandeling van complexe wonden is in veel te weinig gevallen in handen van verpleegkundigen die hiervoor een gespecialiseerde opleiding hebben gevolgd. Bovendien zou die behandeling veel vaker in gespecialiseerde wondklinieken kunnen plaatsvinden.

Die zaken zijn op te lossen door de faciliteiten voor de opleiding tot verpleegkundig specialist wondzorg te verruimen en te investeren in wondexpertisecentra. Daarmee zijn echter de twee meest fundamentele problemen niet opgelost. Die gaan over richtlijnontwikkeling en evidence over de effectiviteit van de talloze wondproducten die op de markt zijn. Dat richtlijnontwikkeling moeilijk van de grond komt, hangt deels samen met het gegeven dat er nog te weinig verpleegkundig specialisten wondzorg zijn, maar komt ook omdat wetenschappelijk onderzoek doen onder deze professionals geen gemeengoed is. Investering in de opleiding kan een bijdrage leveren om dit probleem op te lossen, zodat de evidence over de beschikbare wondproducten toeneemt. Maar dan nog blijft het vreemd dat de aanbieders ervan bij de introductie van een nieuw wondproduct geen enkel bewijs hoeven te leveren over de effectiviteit daarvan. Ze hoeven alleen aan te tonen dat het niet schadelijk is.

Van Mierlo en De Laat verrichtten hun onderzoek in opdracht van het College voor Zorgverzekeringen, dat de uitkomsten wil gebruiken als advies aan de minister van VWS om de wondzorg in het basispakket beter te regelen. Maar zo lang evidence over de effectiviteit van de producten ontbreekt, blijft dit een onmogelijke opgave.

Delen