Doorzettingsmacht
VvAA krijgt als domeinoverstijgende ledenorganisatie maar al te vaak te horen over, en te maken met, de uitdagingen in de Nederlandse zorg. Voor deze problemen zijn oplossingsrichtingen benoemd in het Integraal Zorgakkoord (IZA). Veertien partijen hebben met elkaar afgesproken het zorginfarct adequaat te lijf te gaan. Je zou kunnen zeggen dat er een domeinoverstijgend akkoord ligt dat vraagt om een adequate uitvoering.
Maar hierbij zie je vanaf dag één alle (!) partijen terugschieten in hun eigen loopgraaf en hun eigen belang leidend laten zijn bij de beoordeling en uitvoering van goede plannen. Zowel op landelijk niveau als in de regio zijn talloze voorbeelden te noemen. Er mist een aansturend gremium met de bevoegdheid om knopen door te hakken, en veel belangrijker: we missen inhoudelijk zinvolle en haalbare bijdrages van de zorgverleners uit het veld.
‘We missen inhoudelijk zinvolle bijdrages van zorgverleners’
De uitvoering van het IZA vraagt mijn inziens om domeinoverstijgende uitvoerende teams op regionaal niveau, met beslissingsbevoegdheid om moeilijke maar noodzakelijke keuzes te maken. Teams met een uitvoerende ring gevuld door bestuurders van de verschillende beroepsorganisaties en vertegenwoordigers van verzekeraars en politiek, allen met een volledig mandaat. Daarnaast is er een tweede ring (denktank) nodig die wordt gevuld door vertegenwoordigers van patiënten en mensen die met hun handen aan het bed staan.
Laat deze tweede ring de inhoudelijke plannen bedenken die vervolgens door de eerste ring van bestuurders moeten worden uitgevoerd. Landelijk wordt gerapporteerd aan de partijen die het IZA hebben ondertekend, onder leiding van de minister.
Bestaande regionale initiatieven kunnen makkelijk worden omgevormd tot bovengenoemde structuur met genoemde twee ringen. Nieuw is dat er doorzettingsmacht wordt toegekend aan deze domeinoverstijgende teams en dat de noodzakelijke veranderingen niet meer worden bedacht aan de bestuurstafels, maar vanuit het veld komen.