Even doorbijten

Ben je tandarts en wil je op termijn je praktijk verkopen? Koop er dan eerst liever één of twee andere praktijken bij voordat je die stap zet. De verkoopprijs van grotere praktijken is namelijk relatief hoger, dus het is een investering die zichzelf dubbel en dwars terugverdient. Dit blijkt uit een artikel op www.dentalinfo.nl waarin helder wordt uitgelegd hoe de EBITDA als uitgangspunt wordt gebruikt om de waarde van een tandartsbedrijf te bepalen.

EBITDA staat voor Earnings Before Intrest, Taxes, Depreciation and Amortization, kort gezegd:het operationele bedrijfsresultaat van de praktijk. Praktijken die ter overname worden aangeboden worden de laatste tijd steeds vaker verkocht aan ketens. Waar die voor kleine praktijken anderhalf tot vier keer de operationele winst betalen, kan dit voor (middel)grote praktijken oplopen tot vijf tot zeven keer de EBITDA. Voor een grotere keten van praktijken kan zelfs tien of meer keer de EBITDA worden neergeteld. Het artikel vermeldt ook wat voor partijen dan doorgaans de kopers zijn: investeringsmaatschappijen die praktijken samenbrengen (soms in een formule) en dan weer doorverkopen aan grotere investeringsmaatschappijen.

Tandheelkunde als handel

Tandheelkunde als handel dus. Wie nu roept dat dit het gevolg is van marktwerking in de zorg mag voor straf een half uur in de hoek gaan staan. Handel is zo oud als de mensheid en trekt zich weinig van stelsels aan. Sommige mensen zijn nu eenmaal gewoon heel slim in geld verdienen. De vraag is natuurlijk wel of het voor de ontwikkeling van de tandheelkunde – en dus ook voor de patiënt – een gewenste ontwikkeling is. In tandheelkundig Nederland zijn hierover de meningen sterk verdeeld. Maar als de ontwikkeling doorgaat zoals die zich nu lijkt te voltrekken, wordt de discussie erover vanzelf ingehaald door de feiten.

Delen