Gewichtsprobleem

De accu’s van elektrische auto’s zijn de afgelopen vijf jaar gemiddeld vijftig procent zwaarder geworden. Dat ligt niet aan de accu’s zelf, want die worden voortdurend verbeterd. Maar autokopers willen steeds meer stroom meenemen om verder te kunnen rijden. Grotere accu’s zijn ook zwaarder en nemen meer plaats in. Dus worden auto’s groter en ook weer zwaarder, waardoor ze een nóg grotere accu nodig hebben om hun actieradius te halen. Zo leidt elektrisch rijden tot een gewichtsspiraal.

Autoaccu’s zijn grote versies van de accu’s in tele­foons en laptops. Ze gebruiken lithium, nikkel, grafiet, kobalt en koper. Hoewel die stoffen niet allemaal schaars zijn, kunnen de mijnen de stijgende vraag niet bijhouden en woelen ze de aarde om in hun haast om ze te ontginnen. Bij het produceren van een autoaccu komen gemiddeld evenveel broeikasgassen vrij als bij het verbranden van 5.000 liter benzine. Daarmee kun je in een kleine benzine­auto 90.000 kilometer rijden.

De toekomst is aan leuke, kleine autootjes

Uiteindelijk is elektrisch rijden beter dan rijden in een benzineauto, gerekend over de hele levensduur. Maar hoe kleiner de accu en hoe lichter de auto, hoe groter het milieu­voordeel. Inmiddels rijden de eerste auto’s met een prototype van een nieuw type accu. Daarin is lithium vervangen door natrium, dat makkelijk te winnen is uit zout. Het kost minder energie om die accu’s te maken. Ze laden sneller op, presteren beter bij lage temperatuur en zijn minder brandbaar.

Het is de accu van de toekomst, volgens onderzoekers van het Duitse Fraunhofer Instituut die alle nieuwe accutechnieken vergeleken. Belang­rijk­ste nadeel: ze zijn zwaarder dan de huidige accu’s. Ze brengen alleen voordeel als de gewichtsspiraal doorbroken wordt en autokopers genoegen nemen met een kleinere actie­radius. De meeste autoritten gaan ook niet ver. De toekomst is aan leuke, kleine autootjes, die net genoeg accu meenemen om in de regio rond te rijden.

Delen