In de voet geschoten
Wie Steven van Eijck, voorzitter van de Landelijke Huisartsen Vereniging, kent, weet dat het niet eenvoudig is hem tot zwijgen te brengen. Toch is dit minister Edith Schippers (VWS) gelukt, tot twee keer toe zelfs. Met stomheid geslagen was hij, zo schreef hij in zijn column in Medisch Contact. Eerst door het bericht van de minister dat ze 132 miljoen euro wilde bezuinigen op de huisartsenzorg. En vervolgens nog een keer, toen ze in antwoord op Kamervragen zei dat die korting niet bedoeld is om budgetoverschrijdingen te compenseren, maar om het inkomen van de huisarts “meer in lijn met de norm” te brengen.
Hiermee begaat Schippers een cruciale fout, namelijk door de omzet van de huisartspraktijk gelijk te stellen aan het inkomen van de huisarts. Met de omzet die de huisarts uit zijn praktijk haalt, houdt hij die praktijk in stand en kan hij investeren in de ontwikkeling hiervan. Wat dan overblijft, is zijn inkomen. De voorgestelde budgetkorting komt neer op 20.000 euro omzetdaling per huisartspraktijk.
De huisarts kan dan twee dingen doen: genoegen nemen met veel minder inkomen, of besluiten niet meer te investeren in ontwikkeling van de eerste lijn. Het ligt voor de hand dat veel huisartsen het laatste zullen doen. En dan schiet Schippers zichzelf met die budgetkorting dus behoorlijk in de eigen voet, want haar beleid is juist gericht op versterking van die eerste lijn. Wat zij dan gaat doen om de huisartsen hierin te faciliteren, blijft vooralsnog onduidelijk.