Koudwatervrees
Bij veel zorgbestuurders leeft nog koudwatervrees om zich te laten accrediteren. Dit stelt Herma van der Wal, voorzitter van de accreditatie-kwaliteitscommissie van de NVZD. Deze vereniging van zorgbestuurders ziet in accreditatie een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit en legitimiteit van zorgbestuurders in Nederland.
In november 2014 liet bestuurder Marc Veldhoven van ZuidZorg via Twitter weten dat hij geaccrediteerd was en dat hij het proces intensief had gevonden. Wie kijkt naar de vijf expertisegebieden waarop een bestuurder moet worden beoordeeld, begrijpt dit. Die vijf zijn: 1) technisch-inhoudelijk, 2) procesarchitect zijn, 3) maatschappelijke inbedding, 4) communicatie en verantwoording afleggen en 5) persoonlijke professionaliteit.
Die toets je niet even in een achternamiddag. De NVZD lijkt dit ook te beseffen, want de vereniging verwacht pas eind 2018 zo’n vijfhonderd bestuurders geaccrediteerd te hebben. Die koudwatervrees waarover Van der Wal het heeft zal daar zeker mee te maken hebben, de NVZD moet immers wel bestuurders bereid vinden het proces te doorlopen. Denk eens in wat het betekent als je dit doet en niet door de test komt. Dan is niet meteen gezegd dat je je biezen moet pakken, maar ook het besef dat je een lijstje verbeterpunten krijgt en na een poosje wordt herbeoordeeld om te zien of je nu wél bent geslaagd, zal niet prettig aanvoelen voor een bestuurder. Bovendien is die bestuurder op dat moment niet meer de enige die kritisch wordt bekeken. Want als uit het accreditatieproces blijkt dat die op een of meer van die vijf expertisegebieden onvoldoende scoort, had de raad van toezicht dat dan niet al eerder moeten opmerken en moeten bijsturen?