Krokodillentranen
Directeur Wilna Wind van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie had wat langer moeten nadenken over haar reactie op de beslissing van minister Edith Schippers (VWS) om de subsidie van de patiëntenorganisaties te beknotten. “We betalen met zijn allen steeds meer voor de gezondheidszorg, maar we kunnen er op deze manier steeds minder over zeggen”, luidt die reactie. Wat een flagrante onzin. Schippers stelt terecht dat meer dan 200 patiëntenorganisaties nergens voor nodig zijn. Die organisaties zijn te lang verwend met subsidies en zijn daar lui van geworden. Ze hebben met die subsidie allemaal hun eigen zuiltjes in stand kunnen houden en hebben daardoor in beleidsdiscussies over de zorg onvoldoende gehandeld in het belang van hun achterban.
Hebben die patiëntenorganisaties nooit nagedacht over de vraag waarom de KNMG fungeert als koepelorganisatie voor álle artsen in Nederland? Waarom álle zorgverzekeraars zijn aangesloten bij de koepel Zorgverzekeraars Nederland? Het antwoord is simpel: omdat praten uit één mond voor de toehoorder beter verstaanbaar is dan met zijn tweehonderden allemaal tegelijk door elkaar heen schreeuwen.
De stelselherziening in de zorg moest leiden tot een overlegsituatie waarin de zorgverzekeraars, de zorgaanbieders en de patiënten evenwaardige partners werden. Door als afzonderlijke zuilen te blijven bestaan, hebben de patiëntenorganisaties eigenhandig alle mogelijkheden hiertoe gefrustreerd. De enig juiste reactie van Wilna Wind op het besluit van Schippers was dan ook geweest: “Bedankt minister voor deze geweldige schop onder de kont.”