Markt regelt het, IGZ helpt
Ab Klink verwees de term systeemziekenhuis al eind 2009 naar de prullenbak. En nu, anderhalf jaar verder, onderstreept zijn opvolger Edith Schippers nog eens duidelijk hoe de vlag erbij hangt wat de overheid betreft. Die draait niet meer op voor de kosten als een zorgaanbieder failliet gaat. De markt moet het zelf oplossen, bijvoorbeeld door een andere aanbieder ambulances te laten inzetten in een gebied waar een afdeling SEH verdwijnt.
Schippers legt de bal voor het voorkómen van faillissementen heel nadrukkelijk bij de zorgverzekeraars. En daar hoort die ook. Die hebben zorgplicht en moeten dus waarborgen dat het zorgaanbod overeind blijft, ook als een aanbieder wel failliet gaat trouwens. Hoe? Door het voor een andere aanbieder interessant te maken om die zorg over te nemen. Dit kan door het afsluiten van een meerjarencontract, of door wat meer geld te bieden. Beide zullen dan wel weer tot Kamervragen leiden, maar die kan Schippers eenvoudig pareren door te zeggen: “Dat hoort nu eenmaal bij een markt.”
Tegelijkertijd blijkt uit een ander nieuwsfeit hoe gereguleerd die markt ook op dit gebied toch weer blijft. De Inspectie voor de Gezondheidszorg gaat toezicht op de bestuurlijke verantwoordelijkheid bij haar reguliere toezicht op de zorg betrekken. Niet alleen de zorgverzekeraars gaan dus over de schouders van de bestuurders meekijken of het allemaal wel goed gaat, ook de Inspectie zet een kritische bril op.
Met zoveel proactieve aandacht moeten Meavita’s en IJsselmeerziekenhuizen niet meer mogelijk zijn. En zo komt het allemaal toch nog goed, zou je kunnen zeggen. Gelukkig maar, dan kan ik tenminste ongestoord een weekje op vakantie. Mijn volgende bijdrage leest u op maandagochtend 9 mei.