Money talks
Het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) draait om de hete brij heen als het stelt moeite te hebben met het begrip ‘lage ziektelast’. Het werkelijke probleem is niet de definitiebepaling, maar het feit dat het CVZ in opdracht van minister Edith Schippers (VWS) een klus moet klaren die voor haar alleen maar tot narigheid kan leiden. Want welke maatregelen het CVZ ook voorstelt, het geeft de oppositiepartijen in de Tweede Kamer altijd munitie om te zeggen dat de burger de dupe is en dat het zorgstelsel wordt uitgekleed. Daarin hebben ze natuurlijk ook gelijk. Het punt is alleen dat die bezuinigingen van 1,3 miljard euro op de zorg toch écht gerealiseerd moeten worden. Lukt het Schippers niet om de voorstellen waarmee het CVZ komt door de Kamer te drukken, dan krijgt ze collega-minister Jan Kees de Jager (Financiën) tegenover zich en dat wil ze niet. Vraag maar aan de Grieken waarom.
Behalve de oppositiepartijen krijgt Schippers ook de patiëntenverenigingen en de Consumentenbond over zich heen. De Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie is nu al aan het voorsorteren op haar politieke lobby, door op voorhand al te laten weten dat ze het onverstandig vindt lage ziektelast als criterium te hanteren. Ze ziet meer mogelijkheden in het terugdringen van praktijkvariatie tussen artsen. Maar dat is natuurlijk een onzinnig alternatief. De terugdringing van praktijkvariatie door het getalscriterium en andere kwaliteitscriteria is een lange weg. En de minister heeft nu geld nodig. Maar dat weet de NPCF natuurlijk ook wel. Ze wil gewoon niet de eerste partij zijn die de maatschappelijke discussie aanzwengelt over de vraag wat de gezondheidszorg ons waard is. Want dat wil helemáál niemand.