Nieuwe spelregels

In veel van de zorginstellingen waar ik voor In voor zorg! (het programma voor de langdurige zorg van VWS en Vilans) interviews hou, hangt het begrip ‘scheiden van woning en zorg’ als een zwaard van Damocles boven de organisatie. De Nederlandse Zorgautoriteit heeft becijferd waarom dit zo’n spookbeeld voor de aanbieders is: het gaat ze omzet kosten. In 2014 zal een op de drie instellingen haar inkomsten zelfs zien dalen met 10 procent. Een verlies dat je je als zorginstelling onmogelijk kunt veroorloven. Zeker niet als je de afgelopen jaren fors hebt geïnvesteerd in een zorgbeleid dat je – op basis van de op dat moment geldende overheidsregels – voor toekomstbestendig hield.

Eén zo’n aanbieder is AriënsZorgpalet. Die ging er in zijn beleidsvisie terecht van uit dat alleen goede intramurale zorg leveren niet voldoende is om je als zorgaanbieder te onderscheiden. AriënsZorgpalet positioneerde zich daarom met gastvrijheid, en daarin speelt de restaurantfunctie voor deze aanbieder een grote rol. Een logische gedachtegang als je bedenkt dat veel verpleeghuisbewoners inmiddels alleengaand zijn. Het restaurant heeft voor hen een belangrijke sociale functie. Het is een goede plaats om bewoners en bezoekers te ontvangen en het bevordert de mobiliteit van de bewoners.

De bekostiging vanuit de AWBZ garandeert voor AriënsZorgpalet de afname van een minimum aantal maaltijden. Die garantie valt bij de scheiding van wonen en zorg weg. AriënsZorgpalet moet dan op zoek naar alternatieven. Ondernemersrisico, denk je dan, dat hoort allemaal bij het spel. Maar een overheid die steeds nieuwe spelregels bedenkt, maakt het wel moeilijk om een winstgevend en toekomstbestendig spel te spelen. En AriënsZorgpalet is slechts een willekeurig voorbeeld uit de talloze zorgaanbieders die hiervan de gevolgen ondervinden.

Delen