Onzinnige zorg

Kwartiermaker zorgevaluatie bij Zorginstituut Nederland Sjoerd Repping was de eerste om toe te geven dat het a hell of a job wordt om een einde te maken aan alle ‘onzinnige’ ziekenhuiszorg. De werelden van de arts, de ziekenhuisbestuurder, de zorgverzekeraar en de patiënt moeten ervoor bij elkaar gebracht worden en zie dat maar eens voor elkaar te krijgen.

Op social media zie ik zorgprofessionals reageren op een manier die weinig bemoedigend is. Een van de reacties luidt: wij (ziekenhuis) hebben de onzinnige zorg al geschrapt. De tweede: wat Repping wil kan niet in het huidige stelsel. En de derde: vergeet het maar dat we de patiënt hierin meekrijgen.

Een ziekenhuis dat toch nu al stelt de onzinnige zorg te hebben geschrapt, praat voor zijn beurt

Wat die eerste reactie betreft dit: Repping stelt dat van veel medische behandelingen nog onvoldoende duidelijk is wat ze opleveren en dat dit dus verder moet worden uitgezocht. Een ziekenhuis dat toch nu al stelt de onzinnige zorg te hebben geschrapt, praat dus voor zijn beurt en zegt feitelijk: wij kunnen/willen niet meer budget inleveren.

De tweede reactie kreeg op Twitter direct een passende repliek van Ivo Knotnerus: ‘Dat kan in ons zorgstelsel juist wel. Iedere orthopeed kan zeggen: 50+ meniscus opereren is geen goede zorg. En een overzicht van wie het toch blijft doen kan volledig transparant worden gemaakt.’

Dan de derde reactie, over de patiënt. Die kan claimen recht te hebben op zorg (‘Ik ben er toch voor verzekerd’) en op grond daarvan tóch die scan eisen waarvan de huisarts heel goed weet dat die geen nut heeft. De verantwoordelijkheid om dit op te lossen mag bij het schrappen van onzinnige ziekenhuiszorg niet bij de huisarts worden gelegd, omdat dit tot onverantwoord grote druk, klachtenprocedures en slechte beoordelingen op ZorgkaartNederland leidt. Hier ligt een taak voor de overheid, zorgkoepels, patiëntenorganisaties én zorgverzekeraars gezamenlijk.

Delen