Overeind blijven
Tegen de waarschuwing van LHV-voorzitter Ella Kalsbeek, dat het belangrijk is dat de huisartsenzorg overeind blijft in het naar verwachting voor hen drukke najaar, valt weinig in te brengen. Druk zal het inderdaad worden, en niet alleen omdat er weer een griepperiode aankomt. Ook het feit dat Covid-19 patiënten na hun ziekenhuisopname thuis verder herstellen en dan nog steeds zorg nodig hebben speelt een rol. De snel oplopende cijfers laten zien dat hun aantal fors zal zijn. Dit alles naast de reguliere huisartszorg natuurlijk.
De vraag is alleen hoeveel mogelijkheden er zijn om de huisartsen te ondersteunen om inderdaad overeind te blijven. Voorrang geven aan huisartsteams bij testen is een logische optie. Voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen garanderen eveneens. Rekenen op begrip bij patiënten is al wat wankeler, in die zin dat daar moeilijker op valt te sturen. Tegen mensen die aan de balie of aan de telefoon eisen dat ze nú door een huisarts moeten worden gezien, is weinig te doen. Ook als hun aantal beperkt is, kunnen zij tijdrovend en vermoeiend zijn.
‘Hoeveel mogelijkheden er zijn om de huisartsen daadwerkelijk te ondersteunen?’
Maar het echte probleem is natuurlijk dat van de verdeling van de ANW-diensten. Over dit probleem bestaat al jarenlang discussie en het is zonneklaar dat die dit najaar niet tot een passende oplossing zal leiden. Precies zoals LHV-bestuurder Carin Littooij zegt: “Er is niet één goede, concrete oplossing, anders was die er al geweest.” En zo lang die er niet is, zullen huisartsen die er niet in slagen een waarnemer in te huren voor een ANW-dienst dus toch naast hun reguliere dagdienst ook nog die ANW-dienst moeten draaien. Een uitputtende combinatie, en zeker niet helpend om overeind te blijven.