Still Alice

Still Alice is een film die u moet gaan zien. Dit verhaal van ‘early onset Alzheimer’s disease’ zal vooral een publiek aanspreken van hoger opgeleiden. Het hoofdpersonage is een hoogleraar (linguïstiek), pas begin vijftig, voor wie de confrontatie met het verlies van geestelijke vermogens juist vanwege haar eigen intellectuele statuur extra hard aankomt.

Alice Howland wordt gespeeld door Julianne Moore, en veel van de positieve ontvangst van Still Alice heeft te maken met de acteerprestatie van Moore, die unaniem is bejubeld. Hoofdrolspelers vormen het tastbare, persoonlijke gezicht van een speelfilm. En als, zoals in dit geval, de ster van de film bekroond wordt met een Oscar voor Beste Actrice, is dit nog eens extra het geval.

Zelf heb ik hier altijd wat moeite mee, omdat ik denk dat de betekenis van het beroep van acteur vaak wordt overschat. Kan iemand als Julianne Moore inderdaad véél beter acteren dan al die naamloze vakgenoten die je nooit in de schijnwerpers of op een rode loper ziet? Of zijn er ook andere mechanismen die van een acteur een ster maken? Zoals toeval, geluk en relaties. Plus een element van self-fulfilling prophecy: je bent een filmster, omdát je een filmster bent.

Dus wat maakt Still Alice een bijzondere film? In de eerste plaats, zoals altijd, de kwaliteit van de regisseur. Degene dus wiens verborgen hand ten grondslag ligt aan álles: van de overall-lijn en -opbouw van het verhaal, tot de invulling van het kleinste detail in de kortste scène. Still Alice is geregisseerd door Richard Glatzer, die zelf ook aan het scenario heeft meegeschreven. Een paar dagen voordat afgelopen week zijn nieuwe productie in Nederland in première ging, overleed hij op 63-jarige leeftijd aan de gevolgen van ALS.

Leest u vooral deze korte necrologie, over hoe Glatzer tijdens de 23 dagen durende opnamen niet meer in staat was om zelf te spreken; en over de parallellen tussen zijn eigen vier jaar durende proces van neurodegeneratie en dat van ‘Alice’.

En lees ook het oordeel over Still Alice van iemand als dokter Kristine Yaffe, hoogleraar psychiatrie, neurologie en epidemiologie aan de University of California in San Francisco en lid van de Alzheimer’s Association Medical & Scientific Advisory Council. Zij heeft waardering voor het realisme waarmee in de film de eerste Alzheimersymptomen worden getoond, en voor de manier waarop de interactie tussen patiënt en behandelend specialist wordt neergezet.

Maar dokter Yaffe heeft ook kritiek op een aantal specifiek-wetenschappelijke details die te maken hebben met het tijdverloop van de ziekte (onrealistisch snel) en met methoden van diagnostiek. Haar bespreking maakt deel uit van een artikel in Health Magazine met vijf beoordelingen van wat de ‘health films’ van 2014 ‘goed en verkeerd hadden’. Waarbij Still Alice er minder goed afkomt dan bijvoorbeeld The Theory of Everything, over Stephen Hawking en diens strijd met ALS – op dit moment ook in de Nederlandse bioscopen te zien.

Interessant is verder een discussie over Still Alice in de kolommen van The Conversation, een Brits/Amerikaanse/Australische website met bijdragen van vooral wetenschappers. Met als overwegende teneur, dat films zoals deze bij kunnen dragen tot beter begrip van, en betere omgang met, dit soort ernstige ziekten, die niet alleen het leven van patiënten ontwrichten maar ook dat van hun naasten.

Hier tegenover staat de opvatting, verwoord door een Schotse hoogleraar Dementia Studies, dat “Still Alice is far from a good thing for dementia awareness.” Deze kritiek geldt onder andere de focus op de ‘vroege’ variant Alzheimer, die het zicht zou benemen op de realiteit dat deze aandoening in werkelijkheid vooral op hóge(re) leeftijd toeslaat. Maar een wetenschapper van Northumbria University in Newcastle schrijft dan weer dat “films like Still Alice are crucial to keeping debate about dementia alive”, en dat “for all its flaws, Still Alice is commendable: it tells a story that is worth telling.”

Bij dat laatste sluit ik mij aan. Ga Still Alice zien, nu in de bioscoop of straks op dvd of tv. Vanwege het realistische gehalte van de film, ook al is dit dan niet honderd procent. Vanwege de kracht van het verhaal, wat een belangrijke kwaliteit op zichzelf is. En vooruit: toch ook vanwege Julianne Moore.

Delen