Veronachtzaamd
Laat deze twee koppen eens even op je inwerken: “Ouderen krijgen recht op douchen en toiletgang.” en “V&VN luidt noodklok medicatieveiligheid ouderenzorg.” Aan de ene kant hebben we dus een staatssecretaris die in een beleidsnota vastlegt dat ouderen het recht hebben om naar het toilet te gaan wanneer ze het gevoel hebben dat ze dat moeten en om iedere dag te douchen. Zo’n nota is alleen nodig als verpleeghuisbewoners op dit moment die mogelijkheden niet hebben. En we weten allemaal dat dit inderdaad zo is.
Aan de andere kant hebben we een beroepsvereniging die waarschuwt voor het feit dat geneesmiddelen in verpleeghuizen worden uitgedeeld door ongeschoold personeel. En dan kan Aad Koster van ActiZ wel zeggen dat je geen geneeskunde hoeft te hebben gestudeerd om geneesmiddelen uit te delen. Maar daarmee gaat hij wel voorbij aan het feit dat het blindelings verstrekken van geneesmiddelen zonder daarbij structureel te kijken naar hoe het met de gebruiker gaat, de kortste weg naar problemen is. Mijn conclusie is dat beide koppen aangeven hoezeer we de verpleeghuiszorg jarenlang veronachtzaamd hebben. Maar mijn conclusie is ook dat het te gemakkelijk is om nu ‘schande’ te roepen en te zeggen dat het anders moet. Want we hebben het zelf als samenleving laten gebeuren en tegen wie moeten we dat ‘schande’ dan roepen?
We weten ook allemaal dat veel zorgprofessionals de ouderenzorg niet interessant genoeg vinden als carrièreperspectief. De oplossing gaat dus niet zitten in het inzetten van meer professionals, maar in ruimte creëren om hen hun tijd efficiënter te laten besteden. Discussie over zaken als een verplichte maatschappelijke stage voor de jeugd en participatie van de kinderen in de zorg voor hun eigen ouders wordt daarmee zo langzamerhand onontkoombaar.