Vier woorden
Voor 6,4 miljoen Amerikanen zijn dit spannende dagen. Op elk moment vanaf nu, en uiterlijk eind deze maand, kan het Hooggerechtshof in Washington DC een uitspraak doen die hen direct raakt in de portemonnee – en indirect in hun gezondheid. Mocht SCOTUS, gangbaar acroniem voor Supreme Court of the United States, de aanhangigmakers gelijk stellen in de zaak die bekend staat als ‘King v. Burwell’, dan verliezen die 6,4 miljoen burgers in één klap hun zorgtoeslag. En dat scheelt al gauw zo’n 200 dollar per maand.
Alles draait hierbij om vier woorden. Om een formulering in de Affordable Care Act (ACA), beter bekend als Obamacare, die bepaalt dat burgers met lagere inkomens een overheidssubsidie krijgen ter verlichting van de premielast van hun zorgverzekering.
Sinds de komst van de ACA in 2010 is iedere burger verplicht om zich te verzekeren voor minimaal een wettelijk vastgelegd basispakket; en hebben zorgverzekeraars een acceptatieplicht. Een regeling die doet denken aan ons eigen Nederlandse zorgstelsel, ook al zijn er ook nog steeds grote verschillen. En met inbegrip dus van wat wij hier een zorgtoeslag noemen.
Op die zorgtoeslag, stelt de ACA, heb je recht bij een polis die is afgesloten via een marktplaats ‘established by the state’. En in die vier woorden zit het probleem. Of beter gezegd: zien de tegenstanders van Obamacare, ofwel de Republikeinse Partij, een opening om alsnog een wet die indertijd in beide huizen van het Congres is goedgekeurd, via juridische haarkloverij op een essentieel punt onderuit te halen.
Want, zo redeneren de gangmakers van deze zaak – een groep conservatief-Republikeinse activisten: die formulering moet je zo lezen, dat een recht op zorgtoeslag alleen is voorbehouden aan verzekerden die wonen in een deelstaat die zélf zo’n marktplaats’(‘exchange’) heeft ingericht. ‘Established by the state’, toch immers?
Zo’n ‘exchange’ is een online-marktplaats waar burgers zelf zorgpolissen kunnen vergelijken, en uiteindelijke zelf een keuze kunnen maken. De ACA bepaalde dat deelstaten zelf zo’n exchange kunnen oprichten. Maar ook dat burgers in deelstaten waar dit niet gebeurt, gebruik kunnen maken van een exchange die door de federale overheid in Washington is opgericht.
Achteraf bezien was dit een slordige en domme formulering in de wet, die ‘established by the state’-bewoording. Want op voorhand was al zonneklaar dat deelstaten waar de Republikeinen de macht in handen hebben, nooit zelf zo’n exchange zouden oprichten. Omdat dit medewerking zou betekenen aan een wet die ze faliekant, integraal en vaak rabiaat van de hand wijzen. Maar intussen hebben in de 34 ‘Republikeinse’ staten wél in totaal 7,3 miljoen mensen individueel een zorgpolis afgesloten via de federale exchange. En van hen krijgen er 6,4 miljoen een zorgtoeslag.
Voor president Obama, en zijn Democratische Partij, is dit een netelige en pijnlijke zaak. Zij houden vanzelfsprekend vol dat die controversiële formulering in de zorgwet zó moet worden geïnterpreteerd, dat ‘the state’ ook betrekking heeft op de federale overheid. Maar of ook SCOTUS hier zo over denkt?
Al eerder, in de zomer van 2012, oordeelde het Hooggerechtshof over een sleutelelement in Obamacare: de in de ACA besloten wettelijke plicht om je te verzekeren. Ook toen was dat reuze spannend, gezien de politieke kleur van het hof: met 5 opperrechters met Republikeinse opvattingen, tegen maar 4 met Democratische. Maar ondanks die conservatieve meerderheid oordeelde het Hof toen met 5 tegen 4 dat die verzekerplicht níet ongrondwettelijk was.
Dit keer is het opnieuw heel spannend, en wordt de kans op een ‘anti-Obamacare’-uitspraak door veel waarnemers groter geacht dan in 2012. Mocht dit inderdaad gebeuren, dan volgt in eerste instantie vooral onzekerheid. Paradoxaal genoeg zijn het vooral Republikeinse deelstaatsregeringen die met zo’n uitkomst in hun maag kunnen komen te zitten. Je op voorhand verzetten tegen een nieuwe zorgwet is één ding. Maar miljoenen burgers hun intussen verworven zorgtoeslag weer ijskoud áfnemen, is politiek een stuk lastiger en gevoeliger. Vandaar dat nu al uitgebreid wordt gespeculeerd over mogelijke verzachtende maatregelen, of over op zijn minst uitstel van het daadwerkelijk in werking treden van een eventuele uitspraak in het nadeel van die 6.4 miljoen toeslagontvangers. Maar zeker is op dit moment nog niks.