Zaak van public health
Eind zaterdagmiddag kwamen we thuis, van paar uurtjes in het mooie weer weggeweest. Nog voordat ik de voordeur weer had dichtgedaan, wist ik al: dit zit fout. Want midden op de mat lag een brief, met duidelijk vermeld wie de afzender was: Centraal Justitieel Incassobureau.
Twee dingen gingen meteen door mijn hoofd. ‘Moet vast mijn vrouw geweest zijn, want zelf let ik toch altijd goed op!’ En: ‘Wat zal de schade zijn?’
Nadat ik de envelop had opengemaakt, las ik eerst het slechte nieuws: Randweg bij Papendrecht, 1 oktober 2015, 15.33 uur, toegestane snelheid 80 kilometer, gemeten snelheid 87 kilometer, gecorrigeerde snelheid 84 kilometer.
Even snel terugdenken, en tja: mijn vrouw was er daar die dag wél bij – maar niet achter het stuur. Dus ik was zelf de overtreder. Meteen daaronder volgde het goede nieuws: de sanctie bedroeg (maar!) 23 euro, en de totale schade 30 euro inclusief 7 euro administratiekosten.
Nu zou ik natuurlijk kunnen ontploffen in een schuimbekkende tirade. Tegen een overheid die geen betere manier weet om ‘de schatkist te spekken’ dan dat eeuwige, hypocriete ‘automobilistje-pesten’. Tegen bureaucratische apparatsjiks die iemand meteen als je één kilometer te hard rijdt (nou ja, vier), zonder pardon ‘een prent aansmeren’. Tegen Big Brother daar in Den Haag (en op de Rondweg bij Papendrecht), die overal camera’s heeft neergezet om je ook nog je ‘allerlaatste beetje privacy’ te ontnemen.
Punt is alleen: dat vind ik allemaal niet. Ik zal niet gaan uitleggen waarom, zou te veel ruimte kosten, maar: zo is het nu eenmaal. Het lukte mij dus ook niet om me over die brief op winden, en dat was maar goed ook. Want ik wás van tevoren al ontstemd, over iets anders dat ook met de weg te maken had.
We waren die middag richting zee geweest, en dan moet je eerst door Haarlem-Zuid. Bijna altijd gaat dit soepel en vlot, maar dit keer begon al een file bij het Rottepolderplein. Zeker drie kwartier hebben we daarin gestaan, stopping-en-going tot de kruising van de N205 en de Prins Bernardlaan. Daar konden we zien wat de oorzaak van alle vertraging was. Eén rijstrook was vlak voor dat kruispunt afgesloten, vanwege – was op borden aangekondigd – ‘werkzaamheden’.
Maar die werkzaamheden waren duidelijk nog niet begonnen, of misschien alweer onderbroken. En wat goed te zien was, was dat met een minuscuul beetje extra moeite die afsluiting weer tijdelijk ongedaan had kunnen worden gemaakt, en het verkeer ongestoord door had kunnen rijden. En toen we een paar uur later weer naar huis reden, stond richting Haarlem nog steeds diezelfde lange file, en vonden nog steeds geen werkzaamheden plaats.
Ik weet niet welke instanties en personen verantwoordelijk zijn voor dit échte voorbeeld van autorijders-pesten. Wel heb ik een sterk vermoeden van wat de achtergrond is: gewoon desinteresse richting burgers, en de zekerheid dat dit soort kunstjes altijd onbestraft blijft.
Het echte probleem met onze overheid, als je twee bovenstaande incidenten naast elkaar legt, is dus niet dat die te ijverig en bemoeizuchtig is. Maar dat die, als het erop aankomt, juist te onverschillig en inert is. Oké: op mijn eigen snelheidsovertreding, daar bij Papendrecht, was alert en doortastend gereageerd. Maar hoeveel serieuze, gevaarlijke, potentieel moorddadige verkeersovertredingen blijven niet dagelijks ónbestraft?
In het Amerikaanse tijdschrift Wired vond ik dit artikel, geschreven door de vader van een driejarig dochtertje dat is doodgereden, in New York City, door een rechtsafslaande SUV die geen voorrang gaf. De kop boven dat artikel is ‘Stop Calling My Daughter’s Death a Car Accident’. Deze vader spreekt namens een lokale actiegroep, #CrashNotAccident, die protesteert tegen de ‘de-criminaliserende’ lading van het bijna automatische gebruik van het woord ‘accident’, ook in gevallen waar ondubbelzinnig schuld valt aan te wijzen. (Zelf zou ik als alternatief nog wel iets scherpers willen bedenken dan ‘crash’.)
Maar ik eindig met een juist positieve gedachte, ontleend aan een artikel uit The Atlantic. Dit heeft als kop ‘Self-Driving Cars Could Save 300,000 Lives Per Decade in America’. Niemand denkt dat die bestuurderloze auto’s er morgen al zullen komen. En niemand, ook de schrijver van dit artikel niet, is zo naïef om te denken dat zo’n transformatie zonder tegenslagen en complicaties kan verlopen. Maar lees even de getallen, van verkeersslachtoffers, waar het hier om kan gaan. En u zult hopelijk met de auteur vinden dat dit hét public health-issue wordt van de 21ste eeuw; vergelijkbaar met de grote vaccinatieprojecten van de 20ste.
En dit blijft nog steeds zo, ook als die belofte van ‘50 miljoen minder verkeersdoden’ (over het tijdvak van een halve eeuw) overdreven blijkt. Of als die voorspelling van ‘190 miljard dollar minder zorgkosten per jaar’, nog steeds: door meer technologie-gedreven verkeersveiligheid, wat omlaag moet worden bijgesteld. Want dan nog kan je niet anders dan denken: laat die toekomst vandaag nog beginnen. Hoeven we ook nooit meer post te vrezen van het Centraal Justitieel Incassobureau.