Zo werkt het dus
Echt als een spannende nieuwe Grisham leest het natuurlijk niet, maar dat is maar goed ook. Het gaat hier immers om heel serieuze zaken, en om het helpen opheffen van een misstand. Om het opheffen van een (geconstateerd) gebrek aan kennis onder onze 1,5 miljoen Nederlandse zorgprofessionals zélf: over hoe nou eigenlijk de zorg in elkaar steekt.
Vandaar dus dit net verschenen boek, met als titel Zó werkt de zorg in Nederland. Een publicatie met een indrukwekkende serie sponsoren van gewicht, tot en met het ministerie van VWS. Maar toch in de eerste plaats een idee van, en gerealiseerd door, De Argumentenfabriek en VvAA.
De inhoud samenvatten ga ik hier niet, want inderdaad: u moet dit gewoon gaan lézen. Dan merkt u ook meteen dat het geen gewoon boek is maar een ‘kaartenboek’. Vandaar ook de betrokkenheid van de Argumentenfabriek, een kennisbedrijf met als kernactiviteit het visueel presenteren van complexe informatie.
Zelf heb ik in elk geval het nodige opgestoken, in al met al niet meer dan een uurtje of twee lezen (en kijken). Dat viel dus qua tijd en inspanning best mee, en misschien had dit boek nog wel iets uitgebreider gemogen. Soms ook werkt het een beetje (drie)dubbelop: als dezelfde gegevens eerst in glasheldere tekst en taal worden gepresenteerd, en daarna opnieuw in een of twee diagrammen. Meestal heeft die visualisering toegevoegde waarde, maar het hád hier en daar ietsje compacter gekund.
Wat blijft van Zó werkt de zorg in Nederland nou hangen? In de eerste plaats een hoop elementaire feiten, plus vooral: een hoop verbanden. Ons zorgstelsel is heel complex, met een grote hoeveelheid spelers en partijen. En waar deze publicatie goed in slaagt, is inzichtelijk maken hoe de onderlinge verdeling is van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Dit inclusief de financiële kant: de loop van geldstromen in de zorg krijgt veel aandacht.
Speciaal uitgediept wordt de systematiek van financiering van ziekenhuiszorg, en dat is ook best begrijpelijk gezien het grote gewicht hiervan in de totale zorgbestedingen. Een ander zwaartepunt is, vanwege de grote veranderingen met ingang van 2015, de (re)organisatie van de langdurige zorg en de jeugdzorg.
Allemaal belangrijke en toegankelijk gebrachte informatie, die wat mij betreft naar nog wel méér smaakt. Behalve de financiering van de ziekenhuiszorg, had vergelijkbare aandacht voor de huisartsenzorg en voor de verstrekking en financiering van geneesmiddelen best gemogen. En wat bijna helemaal géén aandacht krijgt, is de tandheelkundige zorg. Iets voor een volgende editie?
Wat je in dit kaartenboek ook niet zult vinden, is uitsluitsel over de vraag wie er nou (on)gelijk heeft in de actuele zorgdiscussies van dit moment, zoals die over artikel 13. Dit heeft te maken met twee dingen. Met de voorbeeldige neutraliteit die de twee auteurs, allebei verbonden aan De Argumentenfabriek, steeds in acht nemen. Maar daarnaast ook, denk ik zelf, met de (bijna?) onmogelijkheid om de vele subjectieve elementen in het publieke debat van nu, te neutraliseren met behulp van ‘objectieve feiten’. Want die feiten zijn er óf niet, óf worden door niet iedereen als objectief gezien. En waar zo veel emoties en belangen in het spel zijn, leiden discussies meestal tot niks.
Tot slot nog iets anders, dat mij door bijna dit hele boek heen opviel. We kunnen in Nederland niet klagen, in het publieke debat en in de media, over (vaak kritische) aandacht voor grote spelers in ons zorgveld zoals de NZa, het ministerie van VWS, de IGZ en de zorgverzekeraars. Maar voor één partij geldt dit, tot nu toe, niet. En dat is nou een van de mooie dingen van Zó werkt de zorg in Nederland. Dat geleidelijk steeds helderder wordt gemaakt, ook visueel, hoe belangrijk nou precies de rol is van specifieke, afzonderlijke partijen. En wat mij hierbij speciaal opviel, is hoe centraal en veelomvattend intussen de positie is van Zorginstituut Nederland. Ik denk dat we dáár nog meer over gaan horen.
2 reacties
Toch even een paar vragen in kader van doelmatig omgaan met de beschikbaar gestelde middelen.
Wordt het MacroBeheersingsInstrument ook niet genoemd?
En de rol dat het MBI speelt in de financiering van de zorg in Nederland?
Wordt er in een kaartje duidelijk gemaakt welk risico nu de private verzekeraars lopen in het systeemmodel Zorgstelsel 2006? En wat het MBI doet wanneer het BKZ wordt overschreden? Wie betaalt dan de rekening? Zorgaanbieders?
Wordt er een kaartje bijgeleverd over de rol van de theoretische rekenpremie die VWS oplegt aan de verzekeraars? En wat de samenhang daarmee is met het MBI?
Hoe wordt het te verzekeren pakket bepaalt en wie zitten er tijdens het vooroverleg aan tafel?
Wordt er ook een kaartje bij geleverd waarin wordt duidelijk gemaakt wat er gebeurd als een verzekerde bij een zorgaanbieder aanklopt van wie het budget is opgemaakt?
Wordt er een kaartje bijgeleverd waarin wordt uiteengezet wat de wettelijke doorleverplicht inhoudt voor zorgaanbieders?
Wordt er een kaartje bijgeleverd waarin wordt duidelijk gemaakt hoe het kan dat een private verzekeraar een privaat contract moet afsluiten met een private burger met daarin private rechten en plichten, maar waarin de Overheid treedt door er een plafond op te leggen?
De schadelast zorg wordt door het BKZ begrensd. Zorg is een te verzekeren schadelast, het is te voorspellen, vandaar de keuze voor een private uitvoering, maar toch ook weer niet en houden we vast aan publieke maximering? Welke rechten kan een burger dan nog ontlenen aan zijn private zorgpolis?
Wordt er een kaartje bijgeleverd waarin het verschil tussen een autoschadeverzekering, een brandverzekering, een ramp verzekering en een zorgverzekering wordt aangegeven?
En ja, het ZiNL. Hoeveel petten zitten er in dat Instituut verstopt om het voor de Overheid makkelijk te maken? Hoe zijn die Chinese Muren van elkaar gescheiden? Laat dat kaartje maar eens zien; of zou dat de reden zijn waarom er geen kaartje in het boekje zit met de functie van het ZiNL? Financiën, pakketbeheer, richtlijnen en standaarden ineen? Geen probleem voor Nederland. Gevaar dat onder druk van financiën er gerommeld gaat worden met de richtlijnen en standaarden is er echt niet. En ook het pakket beheer is in veilige handen. Echt.
No Worries Mate. Laatste kaart is uit Australië. NHS model. Hoe simpel het ook kan en hoe dat kaartje rond loopt.
We gaan er inderdaad nog veel van horen.
ANH Jansen
15 december 2014 / 18:56Staat dit ook in het boek “Zo werkt de zorg in Nederland”?
http://weblog.independer.nl/zorgverzekeringen/worden-medicijnen-gemaakt-door-apotheek-vergoed-door-zorgverzekering/
Hoe zet ik als verzekeraar mijn verzekerden op het verkeerde been?
Hoe verkoop ik als verzekeraar absolute onzin aan mijn verzekerden?
Hoe ziet een verzekerde of wat een verzekeraar hem voorspiegeld onzin is?
Wanneer is een Eend een Eend?
Independer is 100% eigendom van Achmea. Independer is volledig voor haar informatie voorziening afhankelijk van de informatie die zij krijgt van Achmea. Zo werkt de zorg in Nederland nu eenmaal.
Independer:
Soms vergoeding uit aanvullende verzekering mogelijk
“Geneesmiddelen gemaakt door een apotheker worden niet vanuit de basisverzekering vergoed. Je kunt hiervoor wel een aanvullende verzekering afsluiten. Maar ook dan is het niet helemaal zeker dat het medicijn vergoed wordt. Vaak vergoeden zorgverzekeraars alleen zo’n geneesmiddel als er geen gelijkwaardig geneesmiddel vergoed wordt. Daarnaast moet het geneesmiddel een grondstof bevatten dat een zogenaamde ‘ZI-nummer’ heeft. Het is verstandig om altijd even contact op te nemen met je zorgverzekeraar als je zo’n medicijn wilt hebben.
Apotheker heeft vergunning nodig
Het is belangrijk dat de apotheek die zelf geneesmiddelen maakt daar een vergunning voor heeft. Het is verstandig om dit altijd even na te vragen bij de apotheek of bij je zorgverzekeraar. Als een apotheek geen vergunning heeft, krijg je geen vergoeding van je zorgverzekeraar vanuit de aanvullende verzekering”.
Hoe fout wil je het hebben? Kerstspelletje doen? Hoeveel fouten staat er in dit stuk van Achmea dochter Independer?
We zien de ingreep van de NZa op deze schandalige wijze van misleiding en foutieve voorlichting van onwetende verzekerden in vertrouwen tegemoet.
ZiN in een spelletje? Zo dochter zo moeder?
ANH Jansen
15 december 2014 / 20:08