Zorgen in de zorg

Pink Ribbon drukte ons vorige maand nadrukkelijk met de neus op de feiten: iedere dag sterven in Nederland negen mensen aan borstkanker. Het kan nog erger – bij longkanker zijn het er dagelijks 22 – maar ook negen is al een schokkend hoog getal.

Dat getal moet en kan omlaag, stelde Pink Ribbon. Een haalbaar streven, zou je denken, als sprake is van adequate behandeling. Maar met dit in het achterhoofd is het volgende citaat wrang: “Ik kreeg te maken met organisatorische blunders, onvolledige dossiers, gebrekkige communicatie en vooral ook een groot gevoel van machteloosheid. Zo was het bij één van mijn opnames niet duidelijk wanneer ik mijn medicijnen moest innemen. Ik kreeg twee keer per dag een potje met medicijnen, terwijl ik thuis drie keer per dag medicijnen innam. Gelukkig kon ik zelf inschatten welke medicijnen in het potje zaten en welke ontbraken. Anders was mijn schema de mist ingegaan.”

Aan het woord is Anneke Booij, die in 2007 op 35-jarige leeftijd borstkanker kreeg. Anneke is apotheker, dat scheelt. Ze weet zelf waarop ze moet letten, in ieder geval in de medicamenteuze behandeling. De gemiddelde borstkankerpatiënt is geen apotheker en heeft dus geen gerichte kennis op dit gebied. Dat hóeft ook niet, als de behandeling maar optimaal is en foutloos verloopt. Organisatorische blunders, onvolledige dossiers en gebrekkige communicatie zijn echter geen staalkaarten van een foutloos verloop. Het kan beter. Dus is het te hopen dat veel mensen Anneke’s boek Anneke, zorgen in de zorg kopen en vooral ook lezen.

Delen