Kerk en zorg

De kerk is terug van weggeweest, kunnen we concluderen uit het NRC-artikel ‘De comeback van de kerk’ van afgelopen zaterdag. Hoewel heel veel zorginitiatieven in ons land een christelijke oorsprong hebben, hebben de kerken hun rol als barmhartige Samaritaan overgedragen aan de overheid bij de komst van de Algemene Bijstandswet in 1965, zegt Jan Wessels (directeur missionaire netwerkorganisatie EA-EZA) in het artikel. Ontkerkelijking volgde. Maar met de komst van de Wmo in 2007 en de financiële crisis kort daarna zijn weer veel maatschappelijke initiatieven ontstaan met een kerkelijke achtergrond.

De comeback van de kerk is dus al geruime tijd gaande. Maar de veranderingen in de langdurige zorg geven de kerken nu een extra zetje in de rug. Samen met de zorgaanbieders willen de kerken de participatiesamenleving die hierbij moet ontstaan maar wát graag vormgeven. Dus zijn ze op zoek naar samenwerking, om steun te bieden aan gelovigen én ongelovigen. Met als doel “een samenleving van omzien naar elkaar” te creëren, zoals pastor Wieger Sikkema het in dat NRC-artikel zegt. De pilots buitelen over elkaar heen, en veel meer kerken dan verwacht melden zich hiervoor aan.

Prachtig, maar er is één kanttekening bij te plaatsen. Degenen die zich vanuit een kerkelijke achtergrond inzetten voor hun zorgbehoeftige medemens, moeten goed beseffen hoezeer de samenleving in de afgelopen decennia is veranderd. De hedendaagse zorgbehoeftige mens zit niet op evangelisatie te wachten, maar op ondersteuning die participatie mogelijk maakt. Hier tekent zich dus een duidelijke parallel af met het ‘van zorgen voor naar zorgen dat’ dat van verpleegkundigen en verzorgenden worden verwacht: ‘van bidden voor naar helpen van’. Het gaat om de mens, niet om de leer.

Delen