Congres
Het weer werkt niet echt mee. Door de vorst zijn de wegen glad en rijdt de NS een aangepast dienstrooster. Toch slagen de meeste geïnteresseerden (geriaters, specialisten ouderengeneeskunde, geriatrische fysiotherapeuten en verpleegkundigen) er wel in om de Brabanthallen in Den Bosch te bereiken voor de jaarlijkse Geriatriedagen.
Het is voor mij de eerste keer. Het voelt een beetje als een schoolreisje: extra vroeg van huis weg, een zakje drop mee voor onderweg. Vanuit de trein bekijk ik de ijsschotsjes die in de Maas drijven. De lucht hangt vol donswolken.
Ik ben net op tijd binnen voor de eerste presentatie van vandaag: een vurig betoog voor het stimuleren van bewegen bij ouderen. “Waarom schrijft u dat uw patiënten niet vaker voor?” wordt ons gevraagd. Schuldbewust neem ik me voor allereerst mijn eigen hardloopschoenen maar weer eens op te gaan zoeken. Of misschien mijn schaatsen, gezien het weer.
De rest van de dag zijn er verschillende sessies, waarbij vooral de presentaties van medisch-wetenschappelijk onderzoek mij aanspreken. Tussendoor is er tijd om de verschillende posterpresentaties te bekijken.
“Heb je al pennen gescoord?” vraagt mijn collega (ook eerstejaars, ik ken haar nog van de basisopleiding). Samen lopen we langs de standjes van de farmaceutische industrie. Uiteraard is het de bedoeling dat we naar de verkooppraatjes van de artsenbezoekers luisteren, maar wij hebben onze eigen agenda: zo veel mogelijk gratis gadgets bemachtigen in zo weinig mogelijk tijd. De score mag er na een rondgang door de zaal beslist zijn: elf pennen en drie notitieboekjes, een usb-stick, pepermuntjes, een nieuwe zak drop (voor de terugreis), een puzzeltje en zelfs een populair wetenschappelijk boek.
Mijn collega vertelt over de internistendagen die ze een tijd geleden bezocht, waar cocktails werden geserveerd. Zo hip is de klinische geriatrie nog niet. Wie geen genoegen neemt met thee, koffie of frisdrank, moet het hier doen met de door de industrie gesponsorde cappuccino.
Toch slaan we de lunchpresentatie (ook gesponsord) maar over. Weliswaar worden daar de luxe lunchpakketjes uitgedeeld, maar we gebruiken die tijd liever om bij te praten met onze collega’s uit andere instellingen. Want dat is toch wel het leukste onderdeel van zo’n congres: het bij elkaar zijn in het besef dat je met elkaar werkt aan hetzelfde doel: goede zorg voor de geriatrische patiënt.
Al zijn die gratis pennen ook niet mis.