De deur door

Wij hebben een speciale deur. Die bevindt zich op de tweede verdieping van ons ziekenhuis, waar de afdeling geriatrie is gevestigd.

De meeste artsen haasten zich, als ze toevallig langs een patiënt moeten, het liefst zo snel mogelijk weer door die speciale deur naar buiten. Weinigen lopen warm voor oudere patiënten. “Daar valt toch geen eer meer aan te behalen!” roepen ze meewarig tegen mij. Of, zoals één specialist ooit opmerkte: “Ik ben van mening dat je nooit een ECG moet maken bij een negentigjarige, omdat het altijd afwijkend is en dat wil ik helemaal niet weten.”

Hoewel die opmerking uit frustratie werd geuit, schuilt er toch een kern van waarheid in. Het aanvragen van aanvullend onderzoek voor een geriatrische patiënt vraagt de nodige betrokkenheid en kan niet volgens vast protocol gebeuren. Een scopie? Is dat niet te belastend? En een echo van de buik? Maar wat doen we als de uitslag afwijkend is? Kan en wil deze patiënt nog wel een operatie ondergaan? Of willen we de diagnose helemaal niet weten? Juist daarin schuilt de kunst van dit vak. Er is immers zo veel wat je niet meer wílt weten, als je negentig bent.

Daarnaast is er vaak heel veel wat je nog wel zou willen weten, als negentigjarige, maar simpelweg niet meer onthoudt. De weg, bijvoorbeeld.

Vandaar die deur. Het is een schuifdeur, die standaard op slot zit. Ernaast hangt een knoppenpaneel met de code: 1234. De werking is uiteraard simpel: wie voldoende bij kennis is om de code te kunnen begrijpen, kan ook vertrouwd de afdeling verlaten. Wie door delier of dementie is geveld, zal zelfs zo’n logische code niet kunnen begrijpen en is dus gedwongen om binnen te blijven.

Als zaalarts toets ik heel wat keer die code in. Altijd is het weer oppassen geblazen, want de onrustige ouderen liggen op de loer. Zo gauw de deuren openschuiven, duwen ze hun rollators naar voren om mij de pas af te snijden. Gelukkig helpt het meestal om zo’n patiënt aan de hand weer terug te leiden, terwijl je een verhaal begint over het weer/de avondmaaltijd/hun favoriete huisdier. Meestal is de patiënt zijn ontsnappingspoging allang weer vergeten tegen de tijd dat je de speciale schuifdeur bent gepasseerd.

Grappig genoeg zijn het juist de specialisten die zo snel mogelijk de afdeling willen verlaten, die voor de deur blijven steken. “Hij gaat niet open!” roepen ze, zwaaiend, dansend voor de gesloten ruit. En met een meewarige glimlach wijs ik ze op de code.

Delen