Een aandeel in elkaar?

Vandaag en donderdag debatteren de leden van de Tweede Kamer over een wetsvoorstel van kamerleden Leijten (SP), Bruins Slot (CDA) en Bouwmeester (PvdA) om het uitkeren van winst door zorgverzekeraars aan hun aandeelhouders (blijvend) te verbieden. Voor de verzekerden is het te hopen dat het wetsvoorstel kamerbrede steun krijgt, anders zou een grote groep van hen weleens een deel van de ingelegde premiegelden kwijt kunnen zijn.

VvAA heeft vandaag in een brief aan de leden van de Tweede Kamer een oproep gedaan om het wetsvoorstel te steunen, nadat een breed veld van lobbyisten de afgelopen tijd juist het tegendeel heeft gedaan. Waarom eigenlijk? Zorgverzekeraars zijn toch allemaal coöperaties? Die hebben toch helemaal geen aandeelhouders die belang hebben bij een greep in de kas? Zij doen toch alles in het belang van hun verzekerden? Althans, dat is ons de afgelopen jaren telkens voorgehouden. Of zit het toch net even anders?

Pagina's-van-wetsvoorstel-34-522-verbod-op-winstuitkering-door-zorgverzekeraars

Klik op de afbeelding om de brief te openen

De meeste zorgverzekeraars zijn inderdaad coöperaties, en daarmee zijn hun verzekerden hun leden. Maar dat geldt niet voor de zorgverzekeraars die onder het Achmea-concern vallen zoals Zilveren Kruis en De Friesland en evenmin voor ASR. De laatste is (deels) beursgenoteerd. Deze zorgverzekeraars hebben andere ‘eigenaren’ dan hun verzekerden en daarmee dus ook andere belangen dan hun verzekerden. Want deze eigenaren zijn wellicht wél gebaat bij een winstuitkering.

[Tweet “Voor de 5,5 miljoen verzekerden van Achmea-concern en ASR staat er vandaag heel wat op het spel”]

Lekker belangrijk, denkt u wellicht. Maar voor de 5,5 miljoen verzekerden van de hiervoor genoemde organisaties – één derde van alle verzekerden in Nederland – staat er wel degelijks iets belangrijks op het spel. En daar zijn zij zich nu waarschijnlijk niet van bewust. Zij hebben in de afgelopen jaren de reserves die hun verzekeraars hebben opgepot bij elkaar ‘gespaard’. Bovendien hebben de burgers van Nederland bij het in werking treden van het huidige zorgstelsel een zeer forse bruidsschat meegegeven aan de partijen die in 2006 de activiteiten van de ziekenfondsen hebben voortgezet. De aandeelhouders van deze zorgverzekeraars – degenen die gebaat zijn bij een winstuitkering – hebben zo, met die bruidsschat, risicoloos een onderneming kunnen voortzetten.

Als het wetsvoorstel wordt verworpen, staat weinig een forse greep uit de kas in de weg

Als het wetsvoorstel wordt verworpen, staat niet veel een forse greep uit de kas bij deze zorgverzekeraars in de weg. Welke partij profiteert daarvan? Niet de verzekerden van Achmea en ASR, die hebben juist géén belang bij deze winstuitkering. De grootste belanghebbende van de uitkering is de Rabobank, want die is één van de grote aandeelhouders van het Achmea-concern. De Rabobank wacht al enkele jaren op een dividenduitkering vanuit Achmea. De andere grote aandeelhouder van Achmea, de Vereniging Achmea, wacht óók op dit dividend. Want zij moet een schuld afbetalen aan Rabobank.

Het is dus voor de verzekerden van Zilveren Kruis, De Friesland en ASR maar te hopen dat de leden van de Tweede Kamer de door hen ingelegde premies beschermen tegen een greep uit de kas door aandeelhouders. Want het kan toch niet de bedoeling zijn van dit zorgstelsel dat verzekerden voor de zorgverzekering zonder dat zij dat wisten de Rabobank helpen met het opkrikken van het eigen vermogen. Dat zou wel een heel bijzonder ‘aandeel in elkaar’ zijn.

Delen