Geld besparen met euthanasie
Bobo’s in de zorg verleiden mij zelden met hun nieuwjaarsspeeches: terugblikken beperken zich vaak tot geselecteerde succesverhalen en vooruitzichten, tot holle leuzen. Gelukkig mocht ik onlangs een vlekkeloze presentatie bijwonen over wie in Nederland nu écht de touwtjes van de zorgsector in handen heeft.
Het zal u niet verbazen dat de stethoscoop is verdrongen door de geldbuidel. In de berichtgeving over de zorgsector domineren – niet zelden aan elkaar gekoppeld – schandalen en geldzaken, steeds meer tijd dient niet de patiënt maar de geldverstrekker, en de financier lijkt zich inmiddels een vaste plek te hebben verworven in de spreekkamer.
Dokters – zelfs degenen die in loondienst werken – worden zo met hun neus op het geld gedrukt, dat zij reageren zoals andere mensen dat ook zouden doen: stel je flexibel op en doe alles om jouw eigen baan te redden. Wie slim is kan zelfs uit bezuinigingen een slaatje slaan.
Het vlammende betoog werd niet gehouden door een medicus maar door een zichtbaar enthousiaste manager met hart voor de zaak. Het wonderlijke effect was dat ik als verstokte dokter plots met geheel andere ogen naar het mij zo vertrouwde domein van de zorg keek.
Voor een bekwame manager maakt het fundamenteel weinig uit of het gaat om fabricage van toiletmatjes, het runnen van een garage of het genezen van patiënten. In fabrieken, garages en ziekenhuizen spelen sinds de marktwerking in de zorgsector deels dezelfde processen.
De gezondheidszorg is geen eiland binnen onze samenleving maar maakt hiervan integraal deel uit. Alleen duurt het altijd vijf tot tien jaar voordat nieuwe ontwikkelingen en trends door zorgverleners worden overgenomen. De branche houdt nu eenmaal niet van abrupte veranderingen. Daarom hebben de financiers ook stap voor de stap de touwtjes van dokter overgenomen.
Niemand maakt er tegenwoordig een probleem van wanneer nieuwe maatregelen op het gebied van de preventie eerst langs de financiële lat worden gelegd. Dokters bezuinigen inmiddels stevig door minder bloed- en beeldvormend onderzoek aan te vragen; menige patiënt constateert tot zijn verbazing dat de jaarlijkse onderzoeken van voorheen plots niet meer nodig zijn. De blik van geldverstrekkers richt zich nu op peperdure behandelingen, waarin hoognodig het mes moet worden gezet.
Wat is de volgende stap? Omdat zorg voor ouderen zwaar op het budget drukt en de babyboomgeneratie massaal met pensioen gaat moeten financiers met frisse blik de kostenstijgingen te lijf gaan. Een vraag zou dan kunnen zijn waarom dokters zich bij euthanasie en hulp bij zelfdoding niet wat meer flexibel opstellen.
Wanneer wat sneller gehoor wordt gegeven aan hulpbehoevende ouderen die uit vrije wil en op waardige wijze hun treurige bestaan willen beëindigen, kan dit de samenleving al snel tienduizenden euro’s besparen. Van een dergelijke win-win-situatie moeten de ogen van onze zorgfinanciers toch gaan twinkelen, nietwaar?