Heldere boodschap

Het is de Wet van Say: aanbod creëert vraag. Een sprekend voorbeeld is de jeugdzorg, waarin de laatste jaren zoveel nieuwe aanbieders zijn bijgekomen. Volledig in lijn met de wet wordt het nieuwe aanbod probleemloos gevuld. Dat blijkt wel uit de groei van het aantal jongeren dat gebruikmaakt van de jeugdzorg: één op de 27 eind vorige eeuw, één op de zeven nu.

De vraag naar zorg is eindeloos als je er geen rem op zet. Staatssecretaris Maarten van Ooijen wil daar nu voor de jeugdzorg wat aan doen. En gelukkig kiest hij daarbij niet voor de in de politiek gangbare kramp van strengere eisen of strikter toezicht, maar voor een maatschappelijke discussie. De basis hiervoor is zijn opvatting dat ouders te vaak een beroep doen op de jeugdzorg voor hun kind.

‘Geen kramp van strengere eisen of strikter toezicht, maar een maatschappelijke discussie’

Het is een discussie waarop wethouder Madelon van Noort (Lelystad) een jaar geleden al een voortouw nam, door in een uitzending van Nieuwsuur te stellen: “Mensen zijn ook wel een klein beetje verwend. Er zijn ook echt mensen die zeggen: maar moet ik dan zelf voor mijn kind gaan zorgen? Dan zeg ik: nou in principe wel, ja. Als ouders heb je gezag en ben je verantwoordelijk. Jij hebt ervoor gekozen om een kind te krijgen.”

Die uitlating oogstte bijval, maar kwam haar op stevige kritiek te staan. Van Ooijen zal in zijn beoogde maatschappelijke discussie ongetwijfeld wat subtielere bewoordingen kiezen. Maar de boodschap komt op hetzelfde neer.

Delen