Vast aanspreekpunt gezocht

“De individuele zorg voor ziekten is goed en wordt steeds beter, alleen het belang van onderlinge afstemming daarbij zijn we vergeten.” Ware woorden van Barbara van Munster, hoogleraar geriatrie in het UMC Groningen. Ze ziet dat er steeds meer patiënten komen met meerdere chronische aandoeningen, maar dat het in de ziekenhuizen ontbreekt aan afstemming tussen behandelaars bij deze groep complexe patiënten.

En dat is een ernstige tekortkoming, want juist patiënten die meerdere aandoeningen tegelijk hebben, zullen tot en met 2040 de meest voorkomende patiënten in het ziekenhuis worden. 2040 is het jaar van de verwachte piek in de vergrijzing. Niet bepaald een nieuw gegeven, want het gaat hier in discussie over de toekomst van de zorg al een aantal jaren over. Maar het lijkt er een beetje op alsof iedereen in de zorg denkt ‘Daar moeten we tegen die tijd toch eens wat aan gaan doen’.

‘Patiënten zouden niet hun eigen zorgmanager moeten zijn’

Vooralsnog is het beeld dat alle specialismen in het ziekenhuis nog heel erg op hun eigen eilandjes blijven zitten. Ze behandelen geen patiënten maar versleten heupen óf diabetes óf hoge bloeddruk en noem zo nog maar wat ziektebeelden. Wellicht speelt de ontwikkeling van super- en subspecialisatie hier een rol in. Maar dat suggereert dat de onderlinge afstemming tussen specialismen vroeger beter was en dat is toch de vraag.

‘Patiënten zijn vaak hun eigen zorgmanager’, stelt het NOS-bericht. Dat zou niet zo moeten zijn. En het is ook niet nodig, want er zijn professionals in het ziekenhuis die deze functie prima kunnen vervullen. Verpleegkundig specialisten bijvoorbeeld. Laten we hopen dat hun aantal de komende jaren heel snel groeit. Ook buiten het ziekenhuis trouwens.

Delen