Het wenselijke en het mogelijke
“Heropenen kan alleen als dat haalbaar is”, zegt een woordvoerder van Radboudumc bij het bericht dat dialysepatiënten niet meer terechtkunnen in het dialysecentrum van het Maasziekenhuis in Beugen. Volgens de berichtgeving gaat het ‘vooralsnog’ om een tijdelijke sluiting, tot 31 oktober. Maar die woordvoerder maakt dus een fors voorbehoud en dat doet hij niet voor niets.
Is heropening in november realistisch? Gelet op het feit dat in Beugen nog maar zeven patiënten werden gedialyseerd ligt dat niet voor de hand. Het proces moet worden begeleid door verpleegkundigen en die vormen een schaars goed. Bovendien is de vraag gerechtvaardigd of het financieel verantwoord is voor een ziekenhuis om een faciliteit overeind te houden voor een zo beperkt aantal patiënten. Concentratie van die zorg ligt veel meer voor de hand. Het is dan ook logisch dat in Winterswijk dezelfde beslissing is genomen, en dat de twintig patiënten die daar nog werden gedialyseerd voortaan naar Enschede moeten.
Natuurlijk is dat in het nadeel van die 27 patiënten. Zij moeten verder reizen voor hun dialyse, die toch al zo’n dominante plaats inneemt in hun dagelijks leven. Toch zal het steeds vaker voorkomen dat – precies zoals Sander van Walsum afgelopen dinsdag in de Volkskrantstelde – de balans tussen het wenselijke en het mogelijke in het nadeel van het eerste zal doorslaan. Zijn commentaar gaat specifiek over de spoedeisende hulp, maar reken er maar op dat zijn verwachting niet daartoe beperkt zal blijven. Ook niet als dit tot Kamervragen leidt.