In gesprek over Israël-Gaza: “Compassie hoort niet selectief te zijn”

dialoog / woorden geven aan het leed

Hoe geven zorgprofessionals woorden aan de oorlog in Israël en Gaza, voor veel mensen een lastig onderwerp dat soms moeilijk in taal is te vatten en waarbij polarisatie op de loer ligt? Tijdens een bijeenkomst op 17 januari bespraken zorgprofessionals hoe zij zich verhouden tot het oorlogsgeweld en het leed dat hieruit voortkomt.

Onder de noemer ‘Woorden geven aan de stilte’ organiseerden huisarts en onderzoeker Shakib Sana, arts M+G Marleen Kraaij-Dirkzwager en anesthesioloog en intensivist Nynke Postma 17 januari een bijeenkomst in Utrecht. Het doel: zorgprofessionals de gelegenheid bieden hun gedachten te vormen en vanuit verbinding met elkaar in gesprek te gaan over de (gevolgen van de) situatie in Israël en Gaza.

“Zorgprofessionals voelen zich vaak comfortabel in de ‘actiestand’ op weg naar resultaat”, vertelt Marleen Kraaij-Dirkzwager. “Denk aan manifesten, gezamenlijk onderzoek, coalities rond patiëntenzorg.” Ook als het gaat om oorlogen die op dit moment gaande zijn in de wereld, ziet ze in Nederland vormen van samenkomst en (wijk)activiteiten. “En dat is heel goed. Maar sommige mensen hebben behoefte aan een reflectief gesprek om te achterhalen hoe zij zich tot de situatie verhouden en hoe ze hier woorden aan kunnen geven. Zonder dat je er direct, in dat moment, iets mee hoeft. Een goede dialoog kan voeden, om later in de tijd gerichtere actie te kunnen ondernemen.”

Verbinding

Het was best spannend zo’n gesprek te faciliteren, vond Shakib Sana. “Hoe langer de oorlog, hoe meer ellende, hoe minder ruimte voor dialoog.” Terwijl een dialoog bij zo’n gepolariseerd thema juist van belang is om elkaar niet uit het oog te verliezen, zegt hij. “We zijn geen belanghebbenden of direct verantwoordelijken en kunnen aan de oorlog zelf niets veranderen. Daarvoor vestigen we onze hoop op degenen die wél invloed hebben: stop deze humanitaire ramp. Maar we zijn als mensen wel verbonden met onze medemens in die gebieden, met het ongekende leed dat daar plaatsvindt en de hoop dat de situatie verandert. Wat we daarom wél kunnen doen als zorgverlener en als burger: woorden helpen geven aan het leed om het zo bespreekbaar te maken.”

Dat kan lastig zijn wanneer de emoties hoog oplopen. Om die reden leidde geestelijk verzorger en gespreksleider Jodie Ras het gesprek tussen de deelnemers. Tien zorgverleners, waaronder artsen, maar ook een social worker en een crisismanager, maakten een dagdeel vrij om de bijeenkomst bij te wonen en naar elkaar te luisteren. Kraaij-Dirkzwager: “Het was een oprechte ontmoeting, met verschillende perspectieven aan tafel. De één was door familiebanden, werk of vriendschappen meer betrokken bij de mensen in Israël, de ander meer bij de mensen in Gaza en weer een ander met mensen tussen wie de emoties in Nederland door de oorlog hoog oplopen.”

Leed erkennen

“Vaak start je gesprekken vanuit de inhoud en zoek je snel naar een compromis, of je probeert bijvoorbeeld in een debat de ander te overtuigen”, zegt Kraaij-Dirkzwager. “Dat werkt niet bij zo’n ingewikkeld onderwerp. Daarom werden de deelnemers eerst naar hun gevoel geleid en vanuit daar naar hun onderliggende waarden: ‘Waar sta ik voor?’ en ‘Wat vind ik belangrijk in het leven?’

Op een groot papier schreven de deelnemers hun emoties. Zoals pijn, boosheid, hopeloosheid, wanhoop, verdriet, angst, apathie. Maar ook: blijdschap, omdat mensen zich bewust willen zijn van wat er speelt en erover in gesprek gingen. Hun waarden schreven ze erbij. Moed, openheid, menselijkheid, empathie, gemeenschapszin, veiligheid, bewustzijn. Toen ze daarna die waarden gezamenlijk gingen prioriteren, ontstond er herkenning.” Sana: “Aan beide kanten is de enorme behoefte: erken mijn leed.” Kraaij-Dirkzwager: “En wat je wil voorkomen, is dat het ene leed wordt afgezet tegen het andere leed.” Sana vult aan: “Want los van de politieke context is het menselijk leed universeel.”

Hoewel het een klein clubje was, ziet Sana het als grote stap dat de deelnemers het gesprek aangingen. “We willen later niet terugkijken op een grote tragedie en ons afvragen: ‘Wat hebben wíj ermee gedaan?” Natuurlijk zal één goede dialoog de wereld niet veranderen, zegt Kraaij-Dirkzwager. “Maar het níet hebben van een gesprek verandert de wereld wél. We hopen dat het gesprek mensen steunt om ook met anderen te praten die het over de oorlog willen hebben.”

Spreekkamer

Naast zelfreflectie en gesprekken met collega’s is ook de dialoog in de spreekkamer van belang. Sana: “Patiënten beginnen er zelf over. Omdat ze er direct of indirect mee te maken hebben, omdat ze meeleven of gruwelijke beelden hebben gezien die ze niet meer uit hun hoofd krijgen. Dan is het natuurlijk ook de vraag: deel je als zorgprofessional je mening of zoek je de verbinding?” Compassie behoort niet selectief te zijn.”

Dit is goede zorg

Marleen Kraaij-Dirkzwager en Nynke Postma zijn mede-initiatiefnemers van stichting ‘Dit is goede zorg’. Tijdens de covidpandemie merkten zij hoe snel er polarisatie ontstond tussen mensen die verschillend over de risico’s en maatregelen dachten. Met drie andere zorgverleners richtten zij daarom de stichting op, die – ook na de pandemie – een ontmoetingsplek wil creëren voor wie in gesprek wil komen over ingewikkelde onderwerpen, wie woorden wil vinden of wil achterhalen hoe hij of zij zich tot een onderwerp verhoudt.

Meer informatie: ditisgoedezorg.nl.

Delen