Inleven

Wie iemand of een groep vertegenwoordigt, moet zich kunnen inleven in de ander. Dit geldt helemaal voor een politicus die beslissingen neemt voor álle burgers.

Lukt inleven alleen als je zelf uit de sector komt waarover een beslissing valt? Of is het voldoende je de problematiek eigen te maken?

In de regering zaten de laatste jaren veelal HBO- of WO-geschoolden. Nu is de opleidingsachtergrond meer divers. Zou dat de situatie van MBO- geschoolde burgers verbeteren? Of maakt het geen verschil, zolang je maar tussen de mensen staat en je goed laat informeren? Bram Eidhof , oprichter van Bureau Common Ground, dat middelbare scholen en mbo-instellingen helpt bij het ontwikkelen van burgerschapsonderwijs, geeft aan dat de Tweede kamer veel vaker voorkeuren van theoretisch geschoolden volgt.

Als voorbeeld noemt hij duurzaamheid: subsidies gingen naar zonnepanelen of naar Tesla’s: voornamelijk dus naar mensen die theoretisch zijn opgeleid en genoeg geld hebben. Terwijl de zorgen van praktisch opgeleiden minder aandacht kregen. Denk aan banen die niet zeker zijn, langer doorwerken met AOW.

Hij wijst op cultuurverschillen die maken dat veel mensen zich niet herkennen in politici. Bijvoorbeeld door taal die niet bij iedereen aanslaat. Zou er meer aandacht komen voor duidelijk taalgebruik van politici, dan voelen wellicht meer mensen zich verbonden.

‘Uit je eigen bubbel stappen en een open blik hebben, zeker voor degene die je vertegenwoordigt, is essentieel’

Wel of geen inhoudsdeskundige op een positie lijkt een belangrijke vraag. Heeft een minister van VWS die uit de zorg komt meer oog voor de zorg? Misschien gaat het wel om iets anders: het vermogen om standpunten vanuit verschillende hoeken te bekijken.

Het lobby-circus in Den Haag probeert invloed uit te oefenen op besluitvormingsprocessen. En er zijn vele adviesorganen. Maar wordt ook goed gekeken naar wat er leeft onder de bevolking? Vooringenomenheid of narcistisch gedrag kan elke discussie kapotslaan.

Je echt inleven in de ander is essentieel in veel beroepen. Als werkgever moet je oog hebben voor je werknemers. En als behandelaar in de zorg voor je patiënt. Het zou niet zo moeten zijn dat je pas beseft wat een patiënt meemaakt, wanneer je zelf aan de andere kant van de tafel zit of zelf opgenomen bent. Natuurlijk kun je de hele impact van wat een ander meemaakt, of dagelijks ondervindt, niet vatten. Maar uit je eigen bubbel stappen en een open blik hebben, zeker voor degene die je vertegenwoordigt, is essentieel.

Ik wens alle politici een gezonde dosis inlevingsvermogen: het begrijpen van de belangen, wensen of behoeften van de ander. Daarbij is zelfreflectie, de juiste vragen stellen en actief luisteren van belang, ongeacht je achtergrond.

Delen