Kleine stap, grote gevolgen

We kennen het verhaal: substitutie van zorg komt maar moeizaam van de grond. De patiënt wil vaak graag, maar voor de zorgaanbieders is het moeilijk om los te komen van hun geijkte werkwijzen. Daarom ben ik zo benieuwd naar hoe de proef van het Erasmus MC gaat uitpakken om patiënten met de ziekte van Kahler hun chemokuur thuis te laten krijgen. De basis voor deze proef is immers samenwerking. De kennis wordt niet weggehaald bij één zorgaanbieder en verplaatst naar een andere. Nee, alle betrokken partijen blijven aangesproken worden op hun specifieke kennis, maar ook niet meer dan dat. Efficiencyverbetering en tegemoetkoming aan de patiëntbehoefte gaan hiermee hand in hand. De behandelend arts in het Erasmus MC beoordeelt of de patiënt geschikt is om de chemo thuis te ontvangen. Een specialistisch verpleegkundige van Laurens voorziet die arts van de informatie die hij nodig heeft om hierover een beslissing te nemen, en dient de medicatie toe aan de patiënt. En Mediq Tefa zorgt voor het transport van de chemo naar de patiënt.

Het is een eerste kleine stap, dit jaar zullen zo’n twintig patiënten aan de proef meedoen. Maar het is het potentiële vervolg dat deze eerste stap zo interessant maakt: als deze proef slaagt, ligt de weg naar toediening thuis van andere kankermedicatie open en kunnen dus veel meer patiënten in hun vertrouwde omgeving worden behandeld. En als behandeling buiten de ziekenhuismuren van deze kwetsbare patiëntengroep op grote schaal mogelijk blijkt, moet bovendien veel méér zorg die nu nog in de ziekenhuizen plaatsvindt daarbuiten mogelijk zijn. Als die boodschap eenmaal landt, kunnen de panelen écht gaan schuiven.

Delen