Meer met minder

Het is saai geworden in de computerwinkel. De nieuwste modellen zijn niet beter dan die van een of twee jaar geleden. De vooruitgang in computertechniek hapert. Door miniaturisering daalden veertig jaar lang de kosten van computeronderdelen. Door de onderdelen van een processor dichter opeen te pakken, wordt de productie goedkoper, stijgt de snelheid en daalt het energiegebruik. Maar sinds ongeveer een jaar is die trend omgekeerd. Met verdere miniaturisering win je nog wel aan snelheid, maar het wordt duurder. Dat is eigenlijk al lang zo, maar fabrikanten konden de stijgende kosten altijd compenseren door schaalvergroting en stijgende afzet. Dat houdt op nu er wereldwijd nog maar een paar fabrikanten over zijn. Het Nederlandse ASML staat nu eenzaam aan de top als chipmachinemaker. Meer schaalvergroting gaat niet meer.

De vooruitgang is altijd benut om pc’s krachtiger te maken, maar niet goedkoper. Want alleen een krachtiger pc kan verleiden tot het vervangen van de oude. Maar nu proberen fabrikanten het omgekeerde: een minder snelle pc, maar wel veel goedkoper. Met succes, want laptops onder de 250 euro vliegen over de toonbank als tweede of derde computer.

Software wordt de vernieuwing, niet de chip

Dankzij internet kan een computer met minimale specificaties toch veel presteren. Veeleisende software hoef je nauwelijks nog op je eigen computer te draaien. Die draait in een rekencentrum, dat je via internet bereikt. Zo kun je met alleen een browser complexe bedrijfsinformatiesystemen gebruiken, beelden bewerken of gewoon teksten schrijven.

Wie dus net een computer heeft gekocht, kan er een tijdje mee voort. Er kan steeds meer met minder. Dat is ook bij Microsoft duidelijk. Windows 8 was de eerste versie die sneller werd dan de voorganger zonder dat er snellere chips voor nodig waren. Kennelijk was er achter de schermen nog ruimte voor verbetering. Waarschijnlijk wordt Windows 10 nog sneller. Software wordt de vernieuwing, niet de chip.