Mijn auto – John Cooper works

Een jaar lang reed Olaf Vrooman (43, uroloog) een Volvo V60 Plug-in Hybrid, maar die vond hij ‘zó saai’ dat hij besloot terug te gaan naar zijn allereerste liefde: Mini. “Nu kan ik weer lachen”, aldus Vrooman, want rijden in een John Cooper Works – de overtreffende trap van Mini, zoals het merk dit type zelf noemt – is wel even andere koek.

Tekst: Monique Bowman | Beeld: De beeldredaktie/Martin Hogeboom

“Ik heb de snelste uit de serie, die rijdt fantastisch en ligt muurvast op de weg.” Van- wege het kenteken, dat eindigt op 666, heeft Olaf zijn ‘kleine driftkikkertje’ inmiddels opgeleukt met twee duivelshoorntjes – tot grote hilariteit van zijn arts-assistenten in het Rijnstate.

Het ‘kleine driftkikkertje’ is inmiddels opgeleukt met twee duivelshoorntjes

Omdat het zilverwitte cabriootje beter presteert op asfalt dan in blubber, heeft Vrooman voor zon- en feestdagen ook nog een Jeep Grand Cherokee 4.7 V8 uit 1999. In zijn vrije tijd doet de Arnhemse uroloog namelijk aan Greenlaning, ofwel rijden over ongeasfalteerde wegen. Samen met zijn schoonvader (“die doet het meeste, ik assisteer vooral”) heeft hij druk gesleuteld aan de Cherokee, zodat die nu optimaal is uitgerust voor 4×4-tochten in binnen- en buitenland. Tijdens dergelijke trips mogen de weergoden zich wat Olaf betreft gerust van hun lelijkste kant laten zien. Gráág zelfs, want dan is het pas écht lekker buitenspelen, zoals hij het zelf lachend noemt. “Ik hoop altijd op regen, want er is niets leuker dan met een lier je auto uit de modder proberen te trekken.”