Missen
“Ga je ons missen?” Op mijn laatste werkdag in de psychiatrie, met het afscheidsbloemetje en een kaart met gelukswensen van alle verpleegkundigen in mijn hand, ligt het antwoord al op mijn lippen. “Natuurlijk!” Voor even lijkt het onmogelijk dat mijn nieuwe baan net zo leuk gaat worden, of dat ik daar net zulke gezellige collega’s zal treffen als hier.
Toch weet ik uit ervaring dat het kan. Ook hier kwam ik een jaar geleden schoorvoetend aan, nadat ik met pijn in het hart mijn oude baan had verlaten. Op mijn nieuwe afdeling zal het straks vast niet anders gaan. Om de vraag van mijn collega’s eerlijk te beantwoorden, moet ik die angst dus achter me laten.
Een baan in de psychiatrie was van tevoren niet bepaald wat ik voor mijn toekomst in gedachten had. Na een jaar weet ik dat ik mijn geluk niet zal vinden tussen de depressieve patiënten. Ik heb mijn angst om een paranoïd-psychotische patiënt aan te spreken weliswaar overwonnen, maar nog steeds voel ik me in zo’n separeerruimte niet op mijn gemak. En ongeacht hoeveel detoxpatiënten ik ook onder mijn hoede mag hebben gehad, die geur van een ongewassen, bedwelmde alcoholverslaafde went nooit.
Ik zal het aftandse computersysteem niet missen, noch de vele rechtszittingen, noch alle administratie die daaraan vooraf gaat. Ik zal geen traan laten over het verlies van mijn sleutelbos, waarmee ik zelfs de deur moet afsluiten als ik naar de wc ga.
Wat ik wel zal missen is de oprechte interesse in mensen, die alle medewerkers in de geestelijke gezondheidszorg kenmerkt. Van hen leerde ik oog te hebben voor de mens achter de patiënt – die in het algemeen ziekenhuis zo vaak uit beeld verdwijnt – en samen een oplossing op maat te bedenken.
Aan de andere kant leerde ik ook de grenzen van mijn eigen kunnen vast te stellen. Hoe gemakkelijk is het als jonge dokter, met een medische bul op zak en de wereld aan je voeten, om te denken dat je elke patiënt wel zult genezen. Helaas blijk je in de psychiatrie vaak machteloos aan de zijlijn te staan terwijl je patiënt zich (min of meer moedwillig) te gronde richt. Dat je de verantwoordelijkheid soms in handen van de patiënt moet laten, is misschien wel de belangrijkste les die ik in deze fase van mijn opleiding heb geleerd.
“Zul je ons missen?” vragen mijn collega’s. “Natuurlijk!” antwoord ik. Het was een goed jaar.