Nooit klaar
Wanneer je een patiënt met een pneumonie behandelt, is het doel duidelijk. Zodra de koorts is gebroken, het CRP gedaald en de saturatie verbeterd, kun je als arts tevreden zijn. Ook bij een chronische aandoening als diabetes is de opzet duidelijk: zolang de waarden van het HbA1c binnen de norm blijven, hoeft er niets aan de medicatie te worden aangepast.
Binnen de psychiatrie zijn behandeldoelen op het eerste gezicht niet zo duidelijk. Vaak is het (zelfs voor een leek) glashelder waarom een patiënt moet worden opgenomen. Als iemand psychiatrisch ontspoort, dan valt dat op. Veel onduidelijker is het antwoord op de vraag wanneer een patiënt zover is opgeknapt dat hij weer met ontslag kan worden gestuurd. Wanneer is iemand weer ‘normaal’?
Zonder duidelijke afspraken raak je in de psychiatrie nooit uitgedokterd. Daarom zijn er depressieschalen, waarmee nauwkeurig valt bij te houden of de klachten van een patiënt onder de ingestelde behandeling verbeteren. Bij iedere patiënt die in de kliniek binnenkomt, wordt de reden van opname genoteerd (bijvoorbeeld ‘zelfverwaarlozing’ of ‘suïcidaliteit’), zodat duidelijk is wélk probleem moet worden opgelost voor de patiënt met ontslag kan. Soms wordt zelfs al van tevoren met de patiënt afgesproken hoelang hij of zij op de afdeling zal blijven.
Toch blijft het moeilijk om patiënten naar huis te sturen, terwijl je het gevoel hebt dat je nog lang niet klaar bent. Om de een of andere reden is dat anders dan een patiënt met ontslag laten gaan die nog wat hoest nadat hij een pneumonie heeft doorgemaakt. Daarbij weet je dat de klachten nog zullen afnemen, iets wat bij een psychiatrische patiënt toch minder vanzelfsprekend is. De draaideurpatiënten die om de zoveel weken opnieuw in de ggz worden opgenomen, zijn daarvan het ultieme bewijs.
In de psychiatrie is loslaten daarom nog belangrijker dan in de somatiek, merk ik. En dus doe ik net alsof ik van niets weet, als ik op een middag na mijn werk bij de bushalte wacht en daar een jongeman met een blik euroshopperbier en een half opgerookte sigaret zie zitten, in een T-shirt met de opdruk ‘Te gek om los te lopen’, die om de zoveel seconden luidkeels ‘goedemiddag!’ begint te roepen. In de psychiatrie ben je nooit klaar, maar voor vandaag zit mijn werk erop.