Nooit meer nachtdienst

Half vijf in de ochtend. ‘Schretlen, wij gaan effe aan de koffie… Houd jij meneer in de gaten?’ ‘Meneer’ is een ‘bepaald geen fijne gast’ maar nu is hij zelf de klos. Bij een vechtpartij in het centrum van Venlo heeft de man ‘van over de grens’ een kogel in zijn buik gekregen. Het kogelgat stelt op zich weinig voor. Binnen is het echter een ravage. De dienstdoende chirurg is al drie uur non-stop bezig zijn leven te redden. Ik heb mij weleens afgevraagd of de specialist mij als co deze patiënt ook had toevertrouwd wanneer daar de burgemeester op de OK lag.

Rond zes uur – we staan allemaal te gapen – komt de verlossende vraag: ‘Bewijzen wij ons land eigenlijk wel een dienst door met dit karwei door te gaan?’ Ethiek is leuk en zinvol, maar je moet er niet mee aankomen wanneer iedereen scheel van de moeheid ziet. Twee uur later word ik weer op de poli verwacht. Mannen laten zich niet kennen!

Ethiek is leuk en zinvol, maar je moet er niet mee aankomen wanneer iedereen scheel van de moeheid ziet

Alleen halve dokters in de onderste regionen van de geneeskunde hoeven geen nachtdiensten te draaien. Échte dokters zijn geen mietjes en moeten dat ook laten zien. Zo werd er gedacht! Na de praktijkovername werd dus van mij verwacht dat ik drie maanden lang dag en nacht bereikbaar was. Het was een vuurproef onder de mom dat ik zo mijn patiënten beter leerde kennen. Je had geluk wanneer je er ’s nachts niet uit hoefde. Maar er werd altijd wel gebeld, meestal na middernacht. Patiënten wilden controleren of je écht bereikbaar was. Twee of driemaal onderbroken nachten leidden niet tot compensatie. Om acht uur begon gewoon jouw spreekuur.

Moeheid kan een kick geven. Dan lijkt het of je zweeft. Let dan wel op! Nog gevaarlijker is wanneer je bij chronische moeheid blijft doorwerken. Het had weinig gescheeld of ik had mij tegen een muur van een viaduct te pletter gereden.

‘Moeten de huisartsen nog wel nachtdiensten doen?’ luidt het bericht dat ik krijg van redactie@huisartsvandaag.nl. Klinkt leuk! Het gaat echter om een enquête die eigenlijk niet voor mij bestemd is*. Wellicht een voortvloeisel van de notitie Naar een toekomstbestendige huisartsenzorg in de avond, nacht en weekenden, die op 7 november 2017 werd vastgesteld door InEen (belangenbehartiger van de georganiseerde eerste lijn), de Landelijke Huisartsen Vereniging en de Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen. De avond-, nacht- en weekenddiensten worden te zwaar. Ter ontlasting werden circa twintig jaar geleden massaal huisartsenposten uit de grond gestampt – een ontwikkeling die eerst door de LHV werd tegengehouden – maar daar is nu de rek uit en niet zelden spelen er ook financiële problemen en een personeelstekort. Volledig terecht wordt de patiëntveiligheid aangekaart, want die komt steeds meer in het gedrang. Dokters zijn gewone mensen. Onderzoekers die suggereren dat nachtdiensten geen kwaad kunnen, hebben hun werk niet goed gedaan.

Er wordt hard gewerkt aan ‘toekomstbestendige scenario’s’, toegespitst op de volgende opties:

  • supermarkten zijn vaak tot ’s avonds open; zou dat ook iets zijn voor huisartspraktijken?
  • regel álle spoedzorg buiten het ziekenhuis vanuit één callcentrum
  • koppel reguliere huisartsgeneeskundige zorg los van spoedeisende huisartszorg; deze wordt dan vanuit huisartsenposten die ook overdag zijn geopend geregeld door huisartsen die gespecialiseerd zijn in huisartsspoedzorg
  • creëer een geïntegreerde, multidisciplinaire organisatie voor de spoedzorg, waaraan ook ziekenhuizen participeren.

Er wordt stevig nagedacht en links en rechts lopen ook al zogenaamde ‘springplankprojecten’ maar het enquêtestadium blijkt dus nog steeds niet voorbij, terwijl al een paar jaar lang de noodklok luidt. Mijn advies is om wat beter te kijken hoe de extramurale spoedzorg in andere Europese landen is geregeld. En schaam je niet wanneer de huisartsenzorg ’s avonds, ’s nachts en in de weekends wat afbrokkelt: goede huisartsenzorg overdag is mij al heel veel waard.

* Het is een bizarre gedachte dat ik na mijn dood nog geruime tijd in allerlei bestanden een versplinterd digitaal bestaan zal blijven leiden.   

Delen